KENNISGEVING:
Als u de grasmaaier gebruikt
met een volle grasmand kan het snijblad niet soe-
pel draaien, hetgeen de motor overmatig belast,
waardoor de kans op defecten toeneemt.
Een lang gazon maaien
Probeer niet om een lang gazon in één keer kort te
maaien. Maai in plaats daarvan het gazon in meerdere
maaibeurten kort. Laat een dag of twee tussen de maai-
beurten, tot het gazon gelijkmatig kort is.
► Fig.35
OPMERKING: Als u een lang gazon in één keer
kort maait, kan het gras dood gaan. Tevens kan de
binnenkant van het maaidek verstopt raken door het
gemaaide gras.
OPMERKING: Als na het maaien ongelijkheid in de
graslengte of een slechte afwerking wordt geconsta-
teerd, of als u tijdens het maaien merkt dat het motor-
toerental daalt, verlaagt u het motortoerental of stelt u
de maaihoogte hoger in.
De grasmand legen
WAARSCHUWING:
komen, controleert u regelmatig de grasmand op
schade of verzwakking door slijtage. Vervang zo
nodig de grasmand.
1.
Laat de schakelhendel en de aandrijfhendel los.
2.
Schakel de machine uit.
3.
Open de achterklep en verwijder de grasmand
door het handvat vast te pakken.
► Fig.36: 1. Achterklep 2. Handvat 3. Grasmand
4.
Leeg de grasmand.
ONDERHOUD
WAARSCHUWING:
dat de accu's uit de machine zijn verwijderd voor-
dat u de machine opbergt of draagt, of voordat u
inspectie of onderhoud gaat verrichten.
WAARSCHUWING:
het verrichten van inspectie of onderhoud.
WAARSCHUWING:
van inspectie of onderhoud altijd een bescher-
mende bril of een veiligheidsbril met zijkappen.
KENNISGEVING:
Gebruik nooit benzine, was-
benzine, thinner, alcohol en dergelijke. Hierdoor
kunnen verkleuring, vervormingen en barsten
worden veroorzaakt.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van
het gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties,
onderhoud of afstellingen te worden uitgevoerd bij een
erkend Makita-servicecentrum of de Makita-fabriek, en
altijd met gebruik van Makita-vervangingsonderdelen.
Om ongelukken te voor-
Verzeker u er altijd van
Draag handschoenen bij
Draag bij het verrichten
Onderhoud
1.
Verwijder alle accu's en sluit daarna het
accudeksel.
2.
Leg de grasmaaier op zijn zijkant. Reinig het
maaisel dat zich heeft opgehoopt op de onderkant van
het maaidek.
3.
Giet water op de onderkant van het gereedschap
waaraan het snijblad is bevestigd.
KENNISGEVING:
water onder hoge druk.
4.
Controleer of alle moeren, bouten, schroeven enz.
stevig vast zitten.
5.
Inspecteer de bewegende onderdelen op schade,
defecten en slijtage. Beschadigde of ontbrekende
onderdelen moeten worden gerepareerd of vervangen.
6.
Berg de grasmaaier op een veilige plaats op bui-
ten bereik van kinderen.
KENNISGEVING:
gedeelte aangegeven in de afbeelding. Als u water
giet op de motoreenheid kan een storing in het appa-
raat worden veroorzaakt.
► Fig.37: 1. Gebied waar geen water op mag worden
gegoten
KENNISGEVING:
machine terwijl de machine rechtop staat, zoals
aangegeven in de afbeelding. Als de machine
rechtop staat, kan het water in de motor stromen en
een storing in de machine veroorzaken.
► Fig.38
De grasmaaier dragen
LET OP:
Voordat u de grasmaaier draagt, ver-
zekert u zich ervan dat de accu's zijn verwijderd.
Wanneer u de grasmaaier draagt, houdt u het achter-
handvat en de onderste draaggreep aan de voorkant
van de machine met twee personen vast, zoals aange-
geven in de afbeelding.
► Fig.39: 1. Onderste draaggreep 2. Achterhandvat
Opbergen
LET OP:
Wanneer u de machine rechtop zet,
plaatst u de machine op een vlakke en stabiele
ondergrond. Als de machine op een instabiele
ondergrond wordt geplaatst, kan de machine omval-
len en letsel veroorzaken.
Berg de grasmaaier binnenshuis op, in een koele, droge
en afgesloten ruimte. Berg de grasmaaier en de accula-
der niet op op een plaats waar de temperatuur tot 40 °C
of hoger kan oplopen.
1.
Verwijder alle accu's.
2.
Trek aan de knop op de onderste handgreep en
draai vervolgens de knop 90° om de vergrendelpen
te ontgrendelen. Voer dezelfde procedure uit aan de
andere kant en kantel daarna de handgreep voorover.
► Fig.40: 1. Knop
75 NEDERLANDS
Was het gereedschap niet met
Giet geen water op het
Giet geen water op de