Gebruiksaanwijzing Virgo
FR
IT
DE
PT
NL
PL
DK
SWE
EN
ES
8. Wanneer u klaar bent met het gebruik van de scooter, draait u de sleutel om zodat de scooter losgekoppeld
wordt voordat u uitstapt.
9. Als u de scooter pas de volgende dag gebruikt, laadt u de accu op.
ONTHOUD DE VOLGENDE GEBRUIKSREGELS:
- Laat de gashendel los en laat de scooter volledig tot stilstand komen voordat u van de vooruit- naar de achterui-
tversnelling overschakelt, of vice versa.
of vice versa.
- Probeer de stuurhoek te openen in bochten, aangezien de achterwielen van de scooter meer op de hoek zullen
sluiten hoek.
- Gebruik de scooter alleen in gebieden waar het veilig zou zijn om te lopen.
- Rijd langzaam bij het achteruitrijden, op hellingen, oneff en ondergrond of bij het oprijden van stoepranden.
AANVULLENDE INFORMATIE OVER DE WERKING
Als u heuvels beklimt, moet u wellicht een hogere snelheid gebruiken. Onthoud om weer langzamer te gaan weer
snelheid voordat we afdalen.
Als je bergafwaarts gaat, matig je snelheid. Om dit te doen, zet u de snelheidsregelaar op het schildpadpictogram.
naar het schildpad icoon. Hierdoor heeft de berijder meer controle over de richting van de scooter, Hoe dichter de
regelaar bij het schildpadpictogram wordt geplaatst, hoe langzamer de scooter zal rijden. Zonder Echter, dit model
scooter zal niet zelf-accelereren bij het bergafwaarts rijden dankzij het automatische remsysteem dat in werking
treedt als de gebruiker systeem dat wordt geactiveerd als de gebruiker te snel probeert te rijden. Als de scooter
stopt niet meer werkt en moet worden verplaatst, zet u de starthendel in de stand N, verplaatst u de scooter voor-
zichtig naar een veilige plaats en zet u hem vervolgens opnieuw naar een veilige plaats en zet de hendel terug in
de D-stand.
BATTERIJ LADEN
De accu moet worden opgeladen voordat u de scooter voor het eerst
gebruikt en moet na elke dag van gebruik worden opgeladen. moet na
elke dag van gebruik worden opgeladen. Voor de eerste keer, is het eerste
(M1)
keer, is het raadzaam om de batterij 's nachts te laten opladen en hij moet
opgeladen na elke dag van gebruik. Om dit te doen, heb je de scooter en
de batterijlader.
Haal de onderdelen van de lader uit de doos en zet ze in elkaar.
Steek de stekker in het stopcontact en in de ingangspoort (M) van de
(M)
scooter, aan de onderkant van de scooter.
Voordat u begint met het opladen van de accu's, moet u ervoor zorgen dat
de scooter is uitgeschakeld. Vervang de originele batterijen. Als het groene
lampje langer dan 40 minuten knippert, is er een probleem met het opladen.
probleem met opladen. Controleer of de lader correct is geplaatst en of de scooter is uitgeschakeld.
uitgeschakeld.
Het wordt aanbevolen de batterijen telkens volledig op te laden om de levensduur van de batterijen niet te bes-
chadigen. Doet u dit niet, dan kan dit leiden tot falen.
Doet u dit niet, dan kan dit leiden tot storingen.
ONTMANTELEN VAN DE SCOOTER
Om de scooter in elkaar te zetten, herhaalt u de demontage-instructies in omgekeerde volgorde.
Hieronder vindt u korte instructies om u op weg te helpen:
1. Laat de draaihendel los om de zitting te verwijderen (J).
2. Om de batterijen te verwijderen, duwt u de ontgrendelingshendel (N) naar achteren en trekt u aan de batterijhen-
del (O) om de batterijen te verwijderen.
verwijder de batterijen. Wees voorzichtig, de batterijen zijn zwaar.
3. Til de bevestigingspin van het frame op en houd deze vast, houd vervolgens het achterframe vast en trek eraan;
de pijl geeft de richting aan waarin het frame moet worden verwijderd.
geeft de richting aan voor het verwijderen van het voorste en achterste frame (P).