7.
Kabel door de kabeldoorvoer naar de aansluitbus leiden.
8.
Kabel op de juiste positie aansluiten (Fig. XIV).
9.
Stekker sluiten en kabeldoorgangen opschroeven (Fig. XV).
10. Stekker opsteken en met schroef bevestigen (Fig. XVI).
11. Verbinding met de voedingsspanning maken.
8
In bedrijf nemen
8.1
Ontluchten
1.
Installatie op een correcte manier vullen en ontluchten.
▶ De pomp ontlucht zich zelfstandig.
8.2
Spoelen
VOORZICHTIG
Materiële schade!
Bij gebruik van vloeistoffen met extra additieven kan er materiële schade ontstaan door verrij-
king van chemische stoffen.
• Installatie voor de inbedrijfname spoelen.
• Voordat het medium toegevoegd, bijgevuld of vervangen wordt, de pomp spoelen.
• Voor spoelingen met drukwisseling moet de pomp worden gedemonteerd.
• Geen chemische spoelingen uitvoeren.
8.3
Bedrijfssituatie selecteren
Fig. 4: Bedrijfssituatie selecteren
Regelingsmodus
Verschildruk variabel
Δp-v
Toerental constand
n = const.
Verschildruk constant
Δp-c
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Yonos MAXO/-D/-Z • Ed.01/2022-08
Beschrijving
De regeling verandert de door de pomp aan te houden gewenste waarde
voor de verschildruk lineair tussen de gereduceerde verschildruk H en H
.
wenst
De geregelde verschildruk H neemt met het debiet af of toe.
Het toerental van de pomp wordt op een ingesteld constant toerental ge-
houden.
De regeling houdt de door de pomp gegenereerde verschildruk via het toe-
gestane debietbereik constant op de ingestelde verschildruk-gewenste
waarde H
tot aan de maximale karakteristiek.
Gewenst
nl
Ge-
117