Neem de voorschriften ter voorkoming van ongevallen in acht en controleer het ap-
paraat regelmatig. Indien er geen speciale regels zijn, adviseren wij u, iedere 2 jaar
een controle van de buitenkant en iedere 5 jaar een inwendige controle, evenals
iedere 10 jaar een sterktetest door een deskundige te laten uitvoeren.
Storingen
Maak alleen gebruik van originele reserveonderdelen en accessoires.
Storing
Er wordt geen druk in
het apparaat opgebou-
wd.
Er komt vloeistof uit de
pomp.
Zuigermanometer geeft
geen druk aan.
Veiligheidsventiel blaast
te vroeg af.
Sproeier sproeit niet, er
is echter druk beschik-
baar.
Het uitzetventiel sluit
niet.
Zonder dat de hefboom
wordt bediend, komt er
vloeistof naar buiten.
Contactadres voor aanvullende informatie → titelpagina.
NL
Oorzaak
Pomp is niet vastgedraaid.
O-ring [14] op de pomp de-
fect. (afb. 16).
Manchet [15] defect (afb. 16). Manchet vervangen.
Ventielschijf [17] vuil of de-
fect. (afb. 18).
Zuigermanometer [8] defect.
(afb. 19).
Sproeier [18] (afb. 20) en/of
filter [20] (afb. 21) verstopt.
O-ringen [26] van de drukpen
[27] zijn niet met vet ges-
meerd. (afb. 22)
Drukpen [27] of O-ringen [26]
zijn defect (afb. 22).
Oplossing
Pomp goed vastdraaien.
O-ring vervangen.
Ventielschijf schoonmaken of
vervangen.
Zuigermanometer vervangen.
Filter en/of sproeier schoonma-
ken.
O-ringen [26] invetten
Drukpen of O-ring vervangen.
32
B