HOOFDSTUK -3: GEBRUIK VAN UW VRIEZER
Bedieningspaneel
Instelling Thermostaat
De thermostaat regelt automatisch de binnentemperatuur van het koelingscompartiment en het vriezercompartiment.
Door de knop van stand 1 naar 5 te draaien wordt de temperatuur kouder.
Important note: Do not try to rotate the knob beyond position 1, it will stop your appliance from working.
Instelling van de thermostaat voor koel- en vriezercompartiment
1 - 2 : Voor het bewaren van voedsel in de vriezer gedurende korte tijd kunt u de knop tussen de laagste en de
mediumstand zetten.
3 - 4 : Voor het bewaren van voedsel in de vriezer gedurende langere tijd, kunt u de knop in de mediumstand zetten.
5 : Voor het invriezen van vers voedsel. Het apparaat zal langer blijven werken. Dus nadat het voedsel is
ingevroren moet u de thermostaat in de vorige stand zetten.
Let op: de omgevingstemperatuur, de temperatuur van pas opgeslagen voedsel en hoe vaak de deur wordt geopend,
zijn van invloed op de temperatuur in het koelingscompartiment. Wijzig, indien nodig, de temperatuurinstelling.
Waarschuwing voor instellingen temperatuur
• De omgevingstemperatuur, temperatuur van net opgeslagen etenswaren en hoe vaak de deur geopend wordt,
beïnvloeden de temperatuur in de vriezer. indien vereist, verander de temperatuurinstelling.
• Het wordt niet aanbevolen de vriezer te gebruiken in omgevingen kouder dan 10°C.
• De temperatuurinstelling moet worden gekozen rekening houdend met hoe vaak de deur geopend en gesloten
wordt, de hoeveelheid opgeslagen etenswaren in de vriezer en de omgeving waarin en plaats waar het
apparaat staat.
• Wij bevelen aan dat voor eerste gebruik van de vriezer deze gedurende 24 uur onafgebroken gebruikt wordt zodat
deze geheel gekoeld is. Gedurende deze periode niet de deur van de vriezer openen of hier etenswaren in opslaan.
• Uw vriezer heeft een ingebouwde 5 minuten vertragingsfunctie, ontworpen om schade aan de compressor te
voorkomen. Wanneer u de vriezer op het stroom aansluit, zal deze normaal beginnen te werken na 5 minuten.
• Uw vriezer is ontworpen voor gebruik in omgevingstemperaturen tussen intervallen zoals omschreven in de
standaarden, overeenkomstig de klimaatklasse getoond op het informatielabel. Het wordt niet aanbevolen de
vriezer te gebruiken in omgevingen buiten de gegeven temperatuurintervallen wat betreft koelefficiëntie.
• Dit apparaat is ontworpen voor gebruik in een omgevingstemperatuur tussen de 10°C - 43°C.
Klimaatklasse en betekenis:
T (tropisch): Dit koelapparaat is bedoeld voor gebruik bij omgevingstemperaturen van 16 °C tot 43 °C.
ST (subtropisch): Dit koelapparaat is bedoeld voor gebruik bij omgevingstemperaturen van 16 °C tot 38 °C.
N (matig): Dit koelapparaat is bedoeld voor gebruik bij omgevingstemperaturen van 16 °C tot 32 °C.
SN (uitgebreid matig): Dit koelapparaat is bedoeld voor gebruik bij omgevingstemperaturen van 10 °C tot 32 °C.
Afstandhouder
• Wanneer de vriezer gesloten is, zal er een vacuüm optreden.
Wacht ongeveer 1 minuut alvorens deze weer te openen.
• Deze toepassing is optioneel voor het gemakkelijk openen van de
deur Met deze toepassing, kan er een klein beetje condensatie
optreden in dit gebied en u kunt deze verwijderen.
Thermostaatvak
NL -41-
Afstandhouder