Blaupunkt GmbH
Hotline
Robert-Bosch-Str. 200
D-31139 Hildesheim
Werking
Alle functies die de desbetreffende autora-
dio ondersteunt, kunnen op afstand worden
bediend.
De interface wekt de volgende signalen op
uit het datatelegram van de CAN-databus
(Afhankelijk van uitrusting van voertuig).
• Klem 15 (contact / geschakelde plus)
• Klem 58 (displayverlichting)
• Speed (snelheidssignaal voor GALA)
• RFLS (signaal voor het achteruitrijlicht)
Aanwijzingen voor de veiligheid
Voordat u de interface aansluit, dient u de
volgende wenken zorgvuldig te lezen.
Voor de duur van de montage en de
1
aansluiting moet de minpool van de
accu worden losgekoppeld.
Hierbij dienen de veiligheidsinstructies van
de autofabrikant (airbag, alarminstallaties,
boordcomputer, startonderbreking) te wor-
den opgevolgd.
Wenken voor de inbouw
Houd u altijd aan de aansluitvolg-
orde!
Stel de schakelaar in volgens het
2
overzicht (zie tabel pagina 4).
3
Koppel de interface aan de radio
of navigatie (RNS).
4
Koppel de interface aan de auto.
5
Let op:
On/off-schakelaars mogen alleen
worden omgezet wanneer de com-
ponent spanningsloos is.
14
Controleer de bezetting van de contacten
vóór het inbouwen a.h.v. de inbouw-handlei-
ding van de radio of het navigatie-systeem.
Plaats of verplaats eventueel de leidingen.
Voor fouten als gevolg van onvoldoende
controle van de aansluittechniek en bezet-
ting van de contacten kan Blaupunkt geen
aansprakelijkheid aanvaarden.
6
1 2 V
Verkeersveiligheid
De verkeersveiligheid gaat vóór alles.
Gebruik uw autoradio-installatie daarom al-
tijd zodanig dat u de actuele verkeerssituatie
altijd het hoofd kunt bieden.
Bedenk dat u bij een snelheid van 50 km/u
in één seconde al 14 m afl egt.
Wij raden u aan het apparaat in kritieke si-
tuaties niet te bedienen.
De waarschuwingssignalen van bv. politie
en brandweer moeten in de auto tijdig en
duidelijk kunnen worden waargenomen.
Luister daarom tijdens het rijden altijd met
een gepast volume naar uw radioprogram-
ma.
Om te garanderen dat uw auto ook na de in-
bouw- en aanpassingswerkzaamheden veilig
rijdt, dient u te controleren of:
• alle toetsen en schakelaars op het
stuurwiel en aan de stuurkolom die
niet bedoeld zijn voor de bediening van
de radio en de navigatie, nog functio-
neren volgens de gebruiksaanwijzing
van de auto en
• alle toetsen en schakelaars op het
stuurwiel en aan de stuurkolom die
bedoeld zijn voor de bediening van de
radio en de navigatie, functioneren vol-
gens deze gebruiksaanwijzing en in het
bijzonder geen onverwachte functies
in werking stellen.