7.1 G
O
EWOON
NDERHOUD
Verricht de handelingen die beschreven worden in de paragraaf "Stilstand" en houd u aan de
aanwijzingen van onderstaande tabel.
TIJDSINTERVAL
Bij ieder gebruik
Wekelijks
Maandelijks
WAARSCHUWING
• Tijdens de werking mag de waterreiniger niet te veel lawaai produceren en mag er geen duidelijk
waarneembare water- of olielekkage zijn. Doen deze verschijnselen zich wel voor dan dient
u de waterreiniger te laten nakijken door een Gespecialiseerd Technicus.
7.2 B
UITENGEWOON
fi«
ATTENTIE
• Het buitengewone onderhoud mag alleen verricht worden door een Gespecialiseerd
Technicus.
Houdt u bij buitengewoon onderhoud aan de aanwijzingen van onderstaande tabel.
TIJDSINTERVAL
Iedere 100 uur
Iedere 200 uur
WAARSCHUWING
• De gegevens van de tabel zijn van indicatieve aard.
8 S
V
LOOP EN
ERWERKING
De ontmanteling van de waterreiniger mag alleen verricht worden door gekwalificeerd personeel
en in overeenstemming met de heersende wetgeving van het land van installatie.
fi«
ATTENTIE
• Voordat u de waterreiniger sloopt dient u hem onbruikbaar te maken, door bijvoorbeeld de
voedingskabel door te snijden. Ook de onderdelen die een gevaar kunnen vormen voor kinderen
moeten onbruikbaar worden gemaakt, aangezien kinderen er mee kunnen gaan spelen.
96
INGREEP
• Controleer de toevoerkabel, de hogedrukleiding, de aansluitingen, het
waterpistool, de straalbuis.
Indien één of meerdere delen beschadigd zijn, gebruik de waterreiniger dan
absoluut niet en richt u tot een Gespecialiseerd Technicus.
• Reiniging filter wateringang (15).
Voor de reiniging volstaat het meestal het filter onder stromend water te houden of
met perslucht schoon te blazen. Ondervindt u problemen bij de reiniging dan kunt
u een ontkalkingproduct gebruiken of het filter vervangen. Richt u voor een nieuw
filter tot een bevoegde assistentiedienst.
• Reiniging mondstuk
Voor de reiniging volstaat het doorgaans de bijgevoegde naald (17) in het gat van
het mondstuk te steken. Bereikt u dan nog geen bevredigende resultaten dan
vervangt u het mondstuk met behulp van de bijgeleverde sleutel van 16. Voor de
aanschaf van het reserveonderdeel richt u zich tot een bevoegde assistentiedienst.
O
NDERHOUD
INGREEP
Controle van het hydraulische circuit van de pomp.
Controle van de pompbevestiging
Vervanging oliepomp.
Controle kleppen aanzuiging / afgifte pomp.
Controle schroefbevestiging pomp
Controle regelklep pomp
Controle beveiligingen