Hella 8ES 004.417-051 Instrucciones De Uso página 20

Licht na het aansluiten van
het laadapparaat de groene
LED „Netaansluiting" niet op,
controleer dan de aansluitka-
bel en de netaansluiting.
Licht na het aansluiten de gele
LED „Batterij wordt geladen"
niet op, dan zijn mogelijkerwijs
de poolklemmen op verkeerd
20 gepolariseerde wijze met de
batterij verbonden.
Scheid het laadapparaat van
het verdeelnet en verbind de
klemmen nogmaals met de
batterijpolen. Verbind dan
weer het laadapparaat met het
verdeelnet.
Als na de laadtijd de groene
LED „Batterij geladen" niet op-
licht, scheid dan het laadappa-
raat van het net en de batterij.
Controleer eerst de overbelast-
ing-zekering en vervang deze
indien nodig door een zekering
met gelijk Ampère-getal (15A).
Indien de zekering niet doorge-
brand is, controleer dan de bat-
terij met een batterijtester.
• Een loodbatterij, die lange tijd
niet geladen is geweest, kan
gesulfateerd zijn en nog moeilijk
(als überhaupt) oplaadbaar zijn.
• Een cel is kortgesloten.
• De batterijspanning bereikt
slechts moeizaam het einde van
het laden (kan het geval zijn bij
oude batterijen).
Bescherm het laadapparaat
tegen vochtigheid. (Regen,
buiswater)
Probeer NOOIT niet oplaadbare
batterijen op te laden.
Laadapparaat alleen in verti-
cale positie bedienen.
Gelieve bij standaard-batterijen
voor het laden de vulhoogte van
de elektrolyten te controleren.
Indien nodig met gedistilleerd
water aanvullen, tot de lood-
platen bedekt zijn.
Batterij niet overvullen, omdat er
anders bij het laden verlies van
etsende zuren kan optreden.
OPGEPAST!
Ontplofbare gassen!
Vermijd vlammen en vonken.
Slechts in goed verluchte
ruimtes gebruiken.