Tijdens het opladen
Het apparaat kan niet worden
opgeladen.
Controleer of de draaghoes en de
computer stevig op elkaar zijn
aangesloten met de USB-kabel.
Controleer of de headset juist in de
draaghoes zit.
Controleer of de klep van de draaghoes
stevig dicht zit.
Controleer of de computer is
ingeschakeld.
Controleer of de computer zich niet in
de stand-bystand, slaapstand of
sluimerstand bevindt.
Indien u het apparaat oplaadt via een
netvoedingsadapter, moet u ervoor
zorgen dat de aanbevolen
netvoedingsadapter voor het opladen via
USB AC-U50AG (afzonderlijk verkocht)
wordt gebruikt.
Het opladen duurt te lang.
Controleer of de draaghoes en de
computer rechtstreeks op elkaar zijn
aangesloten (niet via een USB-hub).
De draaghoes kan niet worden
herkend op een computer.
De USB-kabel is niet correct aangesloten
op de USB-poort van de computer. Sluit
de USB-kabel opnieuw aan.
Controleer of de draaghoes en de
computer rechtstreeks op elkaar zijn
aangesloten (niet via een USB-hub).
Er kan een probleem zijn met de
aangesloten USB-poort van de
computer. Sluit de kabel aan op een
andere beschikbare USB-poort.
Probeer de procedure voor de USB-
verbinding opnieuw uit te voeren in andere
gevallen dan de bovenstaande gevallen.
Tijdens het beluisteren
van muziek
Geen geluid.
Het Bluetooth-apparaat is ingeschakeld.
Er is geen A2DP Bluetooth-verbinding
tussen dit apparaat en het Bluetooth-
apparaat tot stand gebracht. Breng een
A2DP Bluetooth-verbinding tot stand
(pagina 15).
Controleer of het volume van het
apparaat niet te laag staat of verhoog
indien nodig het volume op het
aangesloten apparaat.
Koppel dit apparaat en het Bluetooth-
apparaat opnieuw (pagina 11).
Lage geluidskwaliteit.
Wijzig de Bluetooth-verbinding naar
A2DP door het Bluetooth-apparaat te
bedienen wanneer HSP ingesteld is.
Het geluid verspringt
regelmatig tijdens het
afspelen.
De ontvangstomstandigheden van dit
apparaat kunnen instabiel zijn geworden
omdat de instelling voor bitsnelheid
voor de muziek die vanaf het Bluetooth-
apparaat wordt verzonden en de
omgeving waarin dit apparaat wordt
gebruikt, niet overeenkomen.*
Beëindig de A2DP Bluetooth-verbinding
met de toetsen op het Bluetooth-
apparaat. Schakel het apparaat uit en
houd de toets – en de toets
twee seconden ingedrukt. Nadat de
indicator rood (indicatie van het
resterende laadniveau) en één keer
blauw heeft geknipperd, laat u de toetsen
los. Dit apparaat wordt ingeschakeld en
de instelling "Sound Quality
(Geluidskwaliteit)" wordt gewijzigd in
"Standard (Standaard)." De instelling
van de bitsnelheid die kan worden
ontvangen, wordt verlaagd*
1
ongeveer
.
2
Wordt vervolgd
NL