Medical Network Adapters & Transcoders
2.4
Stroomaansluiting (MNT-120)
Voedingsaansluiting - Apparatuur met externe 12 VDC-voeding
•
Stroomvereisten: de apparatuur kan van stroom worden voorzien door middel van de meegeleverde medisch goedgekeurde
12 VDC (
•
De voor medische toepassingen goedgekeurde DC (
•
De voeding wordt gespecificeerd als onderdeel van de ME-apparatuur of combinatie wordt gespecificeerd als een ME-systeem.
•
Om het risico op elektrische schok te vermijden, mag deze apparatuur enkel worden aangesloten op een voeding met aarding.
•
De apparatuur moet worden geïnstalleerd in de buurt van een gemakkelijk bereikbaar stopcontact.
•
De apparatuur is bedoeld voor continu gebruik.
2.5
Kortstondige spanningspiek (MNA-110, MNA-120, MNA-240 en MNT-120)
Als het apparaat gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, koppel deze dan los van de AC-ingang om schade door transiënte
overspanning te voorkomen.
Om de voeding naar het apparaat volledig uit te schakelen, dient u de stroomkabel van de AC-ingang af te koppelen.
2.6
Stroomkabels (MNA-110, MNA-120, MNA-240 en MNT-120)
•
Gebruik een UL-compatibel, loskoppelbaar netsnoer, 3-draads, type SJ of gelijkaardig, min. 18 AWG, nominaal 250V min.,
voorzien van een voor ziekenhuistoepassingen goedgekeurde stekker 5-15P bij gebruik met 120V, of 6-15P bij gebruik met
240V.
•
Overbelast de stopcontacten en verlengsnoeren niet wegens het risico op brand of een elektrische schok.
•
Beveiliging van stroomkabels: Stroomkabels moeten zo worden geleid, dat er niet op gestapt kan worden en dat ze niet gekneld
kunnen geraken door voorwerpen die erop of ertegen liggen. Wees vooral voorzichtig met de kabels ter hoogte van stekkers
en stopcontacten.
•
De voedingskabel mag enkel en alleen door een gekwalificeerd persoon vervangen worden.
•
Gebruik een stroomkabel die overeenkomt met de spanning van het stopcontact, dat gekeurd is en voldoet aan de veiligheids-
standaard van uw eigen land.
2.7
Andere verbindingen
Verbindingen met andere randapparatuur (MNA-110, MNA-120, MNA-240 en MNT-120)
Gelijk welke externe verbinding met andere randapparatuur moet de eisen van clausule 16 van de IEC 60601-1 3e ed. of Tabel
BBB.201 van IEC 60601-1-1 voor medische elektrische systemen volgen.
SFP+ verbindingen (MNA-110, MNA-120 en MNA-240)
De apparatuur moet verbonden worden met het internet via SFP+ modules (SFP-RJ45 connectoren) aan de switchpoort.
2.8
Milieubescherming
Beveiligingsgraad (ontvlambaar anesthesiemengsel):
Apparatuur niet geschikt voor gebruik in de aanwezigheid van een ontvlambaar anesthesiemengsel met lucht of met zuurstof of
distikstofoxide.
Vloeistoffen en vocht
Stel het apparaat nooit bloot aan regen of vocht.
Gebruik het apparaat nooit in de buurt van water, bv. bij een badkuip, wasteil, zwembad, gootsteen, wasmachine of in een natte
kelder.
K5903147/01
)-voeding.
Veiligheidshandleiding - NL
)-voeding moet worden gevoed via het AC-stroomnet.
46