3.3. WERKING VAN DE LUCHTREGELAAR.
Uw kachel één bedieningsplaten hebben waarmee u de luchttoevoer kunt aanpassen
door de knop te draaien, en u kunt bepalen vanuit welke richting de lucht in de
brandkamer komt door de verbrandingshendel verticaal naar boven of naar beneden
te schuiven.
Verbrandingsregelaarsknop. Dit controleert de hoeveelheid lucht die in de kachel komt. Hiermee kunt u de
vlamtijdsduur beheersen. Draai de knop tegen de klok in om de klep progressief te openen voor meer luchtinlaat in
de brandkamer.
Minimumwerking
Normale werking
Aan
22
Bij een
minimumwerking gaat
de klep een beetje open
om de luchtinlaat te
verminderen
Bij een normale werking
is de klep half open
Normaliter wordt stand
"3" of "6"alleen
gebruikt om de kachel
aan te steken