Veiligheidsinstructies
1) geldt alleen voor
uitvoering
FMU X3X A
4
Een compact instrument Prosonic T FMU is conform de laatste stand van de techniek
bedrijfsveilig gebouwd rekening houdend met alle geldende voorschriften. Wanneer deze
echter ondeskundig of niet conform de bedoeling wordt toegepast kunnen er gevaarlijke
situaties ontstaan. Voor schade veroorzaakt door ondeskundig of onjuist gebruik is de
leverancier niet aansprakelijk. Wijzigingen en reparaties aan het instrument mogen alleen
worden uitgevoerd wanneer uitdrukkelijk in dit inbedrijfsstellingsvoorschrift toegestaan.
Beschadigde instrumenten die een gevaarlijke situatie kunnen veroorzaken mogen niet in
bedrijf worden genomen en dienen als defect te worden gemarkeerd.
Toepassing in Ex-omgeving
Bij toepassing van het meetsysteem in explosiegevaarlijke omgeving moeten de betreffende
nationale bepalingen en de in de certificaten genoemde meettechnische en
veiligheidstechnische voorschriften worden aangehouden.
FMU X3X –
A
Standaard
B
ATEX II 2 G, EEx ia IIC, zie XA 009F-A
J
FM, Class I, Division 1, Groups A-G
M
FM, Class II, Division 1, Groups E-G
Q
CSA, Class I, Division I, Groups A-G
R
CSA, Class II, Division 1, Groups E-G
N
CSA General Purpose
F
ATEX II 1/3 D, zie XA 035F-A
T
TIIS Ex ia II C T6
Montage en inbedrijfname
De montage, elektrische aansluiting, inbedrijfname en het onderhoud van het meetsysteem
mogen alleen door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd dat daarvoor door de
eigenaar van de installatie is geautoriseerd. Het personeel moet dit inbedrijfstellingsvoorschrift
hebben gelezen en begrepen en de instructies daarin opvolgen.
Bediening
Het instrument mag alleen door personeel worden bediend dat daarvoor door de eigenaar van
de installatie is geautoriseerd. De aanwijzingen in dit inbedrijfstellingsvoorschrift moeten
worden opgevolgd.
FMU 130/FMU 131
2-draads
2-draads en 4-draads
Ex
x
1)
x
1)
x
x
FMU 230/FMU 231
FMU 232
4-draads
niet Ex
Stof-Ex
x
x
x
x
x
x
x
Endress+Hauser