een niveau te laten toenemen. Druk
eenmaal op "-" (5b) om het volume
een niveau te laten afnemen. De wij-
ziging van het geluidsniveau wordt op
het display (4) weergegeven
Het apparaat zal het ingestelde ge-
luidsniveau opslaan, ook als u het ap-
paraat uit- en weer inschakelt.
Opmerking: De icoon voor het afstellen
van het volume heeft 5 streepjes: ieder
streepje gaat branden als u de toets +
(5a) / - (5b) tweemaal ingedrukt heeft.
U hoort een geluidssignaal als u het
volume met een niveau doet toenemen
of laat afnemen. Elke keer dat u het
maximum of minimum geluidsniveau
bereikt, zult u een dubbel geluidssig-
naal horen.
De helderheid van het display van de
ouderunit afstellen
In de modus Babyfoon kunt u in het
hoofdmenu van de ouderunit de hel-
derheid van het display (4) van de ou-
derunit instellen. Er zijn 7 verschillende
helderheidsniveaus mogelijk.
Voor informatie over de juiste instelling
zie Paragraaf 3.2.2.
Lijst met Contacten Gebruiken
In de modus Babyfoon en in de modus
Gallery kunt u in het hoofdmenu van
de ouderunit een Lijst met Contacten
samenstellen en gebruiken.
Voor informatie over het gebruik van
de Lijst met Contacten zie Paragraaf
3.2.5
Talk Functie communicatie ouder/
kind
Met behulp van de Talk functie kan de
ouder met het kind communiceren als
het apparaat in de modus Babyfoon
staat. Houd de toets (12) ingedrukt en
praat in de nabijheid van de microfoon
(16) van de ouderunit.
Als deze functie geactiveerd is, kunt u
met de ouderunit niet langer de gelui-
den van uw kind afluisteren.
LET OP: zorg ervoor dat u niet te dicht
op de microfoon van de ouderunit (16)
praat als u de Talk functie gebruikt, om
te vermijden dat geluiden met een te
grote intensiteit uw kind bereiken.
LET OP: druk de toets (12) nooit in als
de twee units in dezelfde ruimte of bin-
nen een afstand van 3 meter geplaatst
zijn, om geluid of ruis te vermijden.
Functie Stemactivering
De ouderunit kan in de modus Baby-
foon of in de modus Stemactivering
functioneren aan de hand van een
voortdurende overdracht. De functie
Stemactivering wordt geactiveerd van-
uit het interne menu van de ouderunit.
Het beeld van uw kind wordt in reële
tijd op het display (4) weergegeven
en de luidspreker (6) van de ouderunit
wordt geactiveerd, als de intensiteit
van het geluid dat door de microfoon
(6) van de babyunit opgevangen wordt
de drempel voor de activering, inge-
steld door de fabrikant, overschrijdt.
Het display (4) onderbreekt de weerga-
ve van uw kind en de luidspreker (6) van
de ouderunit wordt gedeactiveerd als de
intensiteit van het geluid lager dan deze
drempel is. Als deze functie geactiveerd
is, wordt op het display de icoon
20
we
act
Fun
Me
me
kin
kaa
Bab
Dru
een
en
ico
lan
Als
is, w
'FU
de
In d
of fi
doo
te
zie
De
ten
mo
Vo
Fun
gal