Selecteer een programma dat geschikt is voor het las-
sen met gevulde draad.
7.3 LASSEN MET BEKLEDE ELEKTRODEN.
Het wordt aanbevolen de MIG-toorts te verwijderen
voor het lassen.
Selecteer LED D (PROG) met de toets V. Draai aan de
knop I tot het display M de afkorting MMA weergeeft.
Druk kortstondig op de toets V om LED A (Ampère) te
selecteren. Het display M geeft de ingestelde stroom
weer, terwijl het display N de open-kringspanning weer-
geeft.
Schakel het lasapparaat uit.
Normaal gezien moet de elektrodeklem op de aanslui-
ting H (pluspool) en de massakabel op de minpool, aan-
sluiting G, worden aangesloten.
ZEER BELANGRIJK: Verbind de aansluiting van de
massakabel met het werkstuk. Het contact moet goed
zijn om een vlotte werking van het apparaat te garande-
ren en een spanningsval op het werkstuk te voorkomen.
Schakel het lasapparaat in.
Raak de elektrodeklem en de massaklem niet
tegelijkertijd aan.
Neem in elk geval de polariteit in acht die door de elek-
trodefabrikant is aangegeven.
Denk er steeds aan het apparaat uit te schakelen en
de elektrode te verwijderen van de klem na het las-
sen.
7.4 TIG-LASSEN
Schakel het lasapparaat uit, verwijder de MIG-toorts en
monteer een TIG-toorts van het gewenste model.
Sluit de stekker van de massakabel aan op de pluspool
(+) van het lasapparaat en verbind de klem met het
werkstuk, zo dicht mogelijk bij het laspunt.
Schakel het apparaat in met de schakelaar U.
Selecteer LED D (PROG) met de toets V. Draai aan de
knop I tot het display M de afkorting Tig weergeeft.
Selecteer met de knop L het te gebruiken type TIG-pro-
cedure; het display N geeft 1t weer voor gebruik van
een toorts zonder startknop Art. 1275, 2t voor gebruik
van de toorts Art. 1277 in de 2-taktmodus en 4t voor
gebruik van de toorts Art. 1277 in de 4-taktmodus.
Sluit de gasslang aan op de uitgang van de drukregelaar
van een ARGON-cilinder.
Druk op de toortsschakelaar en stel het gasverbruik in.
In de toorts Art. 1275 is een klep die de gasstroom
blokkeert wanneer de schakelaar wordt losgelaten.
Gebruik een voor 2% met thorium beklede wolfraam-
elektrode (rode strook), diameter 1,6 (1/16").
Stel de lasstroom in met de knop I.
Ontsteek de boog met een krachtige, snelle slag.
Vergeet niet het apparaat uit te schakelen en de gasci-
linder dicht te draaien wanneer u klaar bent met lassen.
46
8 ONDERHOUD
Om de veiligheid van de gebruiker te garanderen, dient
u regelmatig te controleren of het lasapparaat en alle
aansluitingen nog in goede staat zijn. Na een reparatie
moet de bedrading zodanig worden teruggeplaatst dat
de delen die aangesloten zijn op de voeding veilig geï-
soleerd zijn van de delen die aangesloten zijn op het las-
circuit. Voorkom dat de draden in contact komen met
bewegende onderdelen of onderdelen die warm worden
tijdens het gebruik. Monteer de klemmen op hun oor-
spronkelijke plaats om contact tussen het voedings- en
het lascircuit te voorkomen als een draad per ongeluk
breekt of losgekoppeld wordt.