3. Sluit de wandlader aan op een stopcontact op de muur. Zorg ervoor dat u de lader op een droge,
onbrandbare oppervlakte zet.
4. Terwijl de booster aan het laden is, zal de LAADLED (rood) branden. Als de interne batterij volledig gela-
den, is zal de LED OPGELADEN (groen) branden. De volledige lading kan tot 30 uur duren. De booster
is dan klaar voor gebruik.
5. De lader zal automatisch in onderhoudsmodus gaan en zal de batterij volledig opgeladen houden zonder
deze te beschadigen.
Gebruik de booster niet als de interne batterij aan het opladen is.
BELANGRIJK
Booster 12V Premium (Model 338993) en Booster 12/24V Uni (Model 406736)
6.2.
6.2.1.
Digitale display op de booster
Als de booster niet aangesloten is op een voertuigbatterij en als de boosterklemmen opgebor-
gen zijn op plastiek opberghouders:
A. Als de draaiknop op OFF staat: de digitale display kan worden gebruikt om het laadpercentage van de
spanning van de interne batterij van de booster aan te duiden.
Om de laadstatus van de interne batterij te controleren, drukt u op de displayknop op de voorkant van de
booster. De digitale display zal de batterijlading aanduiden in percentage (%). Een volledig geladen batterij
zal worden aangeduid als 100%. Laad de interne batterij als de display minder dan 100% aanduidt.
B. Zet de draaisschakelaar op de stand ON: Kies de spanning 12V (of 24V), de digitale display kan worden
gebruikt om het spanningsniveau van de interne batterij van de booster te controleren. De display zal de
batterijspanning aanduiden.
OPMERKING: Het laadpercentage van de interne batterij of het spanningsniveau is het nauwkeurigst als
de booster een paar uur is losgekoppeld van alle aparaten en laadbronnen.
Als hij is aangesloten op een voertuigbatterij EN de boosterschakelaar op OFF staat.
C. De digitale display kan worden gebruikt om de batterijspanning van het voertuig aan te duiden. De display
zal de batterijspanning aanduiden.
6.2.2.
LED-indicators op de lader
STROOMLED (groen) brandt: De lader is aangesloten op AC-stroom.
LAADLED (geel/oranje) knippert traag: De lader laadt de batterij in de booster of staat in onde-
rhoudsmodus.
LAADLED (geel/oranje) knippert snel: De lader heeft een probleem met de batterij gedetecteerd.
Zie het hoofdstuk probleemoplossing voor meer informatie.
LED ZWAKKE BATTERIJ (rood) brandt: De lader heeft een probleem met de batterij gedetecteerd.
Zie het hoofdstuk probleemoplossing voor meer informatie.
6.2.3.
De interne batterij laden met de meegeleverde wandlader.
Gebruik de lader die bij de booster werd geleverd om de interne batterij van de boos-
BELANGRIJK
ter te laden. Het gebruik van een andere lader of het gebruik van de inbegrepen lader
voor andere doeleinden, zou persoonlijke letsels of materiële schade kunnen veroorzaken
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
6.2.5.
De meegeleverde AC-kabel of stekker nooit wijzigen - als deze niet in het stopcontact past, laat
GEVAAR
6.2.6.
Gebruik geen verlengkabel tenzij dit absoluut noodzakelijk is. Het gebruik van een ongepaste
verlengkabel kan resulteren in een risico van brand of een elektrische schok. Als een verlengka-
bel moet worden gebruikt, controleer dan of:
- De stekker van de verlengkabel evenveel pinnen heeft, even groot is en dezelfde vorm heeft als de stek-
RISICO VAN EEN ELEKTRISCHE SCHOK OF BRAND.
6.2.4.
Deze batterijlader dient voor gebruik op een circuit met een nomi-
naal vermogen van 230V 50 Hz. De stekker moet in een correct
geïnstalleerd stopcontact worden gestoken in overeenstemming
met de plaatselijke wetten en verordeningen. De stekkerpinnen
moeten goed in het contact passen (stopcontact).
dan een correct stopcontact installeren door een gekwalificeerde elektricien.
Een onjuiste aansluiting kan resulteren in een risico van een elektrische schok
of elektrocutie.
• 125 •
NL