IRS-10NC
Best.-Nr. 04.1600
IRS-10NO
Best.-Nr. 04.1610
Infraroodsensor
NL
B
1 Toepassingen
De infraroodsensor IRS-10NC (open bij alarm) resp. IRS-
10NO (gesloten bij alarm) wordt als bewegingssensor
gebruikt in bewakings- en alarmsystemen. Deze sensor
is enkel geschikt voor de bewaking van binnenruimten.
2 Veiligheidsvoorschriften
•
Dit toestel is in overeenstemming met de EU-richtlijn
89 / 336 / EEG voor elektromagnetische compatibiliteit.
•
Het toestel is enkel geschikt voor gebruik binnens-
huis (droog).
•
Vermijd uitzonderlijk warme plaatsen en plaatsen met
een hoge vochtigheid (toegelaten omgevingstempe-
ratuur tussen 0°C en 35°C).
•
In geval van ongeoorloofd of verkeerd gebruik of van
herstelling door een niet-gekwalificeerd persoon ver-
valt de garantie bij eventuele schade.
•
Verwijder het stof met een droge doek. Gebruik zeker
geen chemicaliën of water.
3 Montage
De infraroodsensor wordt aan de muur resp. in de hoe-
ken van de te bewaken ruimte bevestigd. Stel de sensor
in de ruimte zodanig op, dat hij dwars op de looprichting
staat van de persoon die het alarm in werking doet tre-
den. De optimale installatiehoogte bedraagt 2 tot 3 m.
Belangrijk! Om vals alarm zoveel mogelijk te voor-
komen, mag de sensor niet worden blootgesteld aan
tocht of grote temperatuurverschillen. Monteer de sen-
sor daarom niet op resp. nabij vensters, buitendeuren
en warmtebronnen zoals de centrale verwarming, een
kachel etc. Vermijd eveneens direkte inval van zonne-
licht op de sensor.
1) Plaats een schroevendraaier in een van de inkepingen
E
Sensor de infrarrojos
1 Aplicaciones
El sensor de infrarrojos IRS-10NC (abierto con alarma)
y IRS-10NO (cerrado con alarma) se utiliza como
detector de movimiento en sistemas de vigilancia y
alarma. Para uso exclusivo de interior.
2 Notas de seguridad
•
Este aparto cumple con la directiva de compatibilidad
electromagnética 89 / 336 / CEE.
•
Este aparato está deseñado únicamente para aplica-
ciones de interior.
•
Proteger del calor y de la humedad (rango de tempe-
ratura permitida de utilización: 0°C hasta +35°C).
•
Si el equipo se usa en aplicaciones diferentes de las
realmente establecidas, si se conecta o se repara de
manera errónea, no hay posibilidad de responsabili-
dad en los posibles daños.
•
Para su limpieza utilizar únicamente un paño seco.
Nunca agua o productos químicos.
3 Instalación
El sensor de infrarrojos se instala en la pared y rinco-
nes de cuartos. Debe colocarse de tal manera que la
persona que dispare la alarma se mueva transversal-
mente. La altura óptima es de entre 2-3 mts.
Importante! Para evitar una falsa alarma el sensor no
debe exponerse a corrientes de aire ni variaciones fuer-
tes de temperatura. Por tanto no debe dirigirse a ven-
tanas, puertas exteriores ni fuentes de calor como
radiador, estuve etc. o no debe ser colocado cerca de
ellas. Evitar el sol directo al sensor.
R 2
+
-
N / C
2 4
Subject to technical change. Copyright © by INTER-MERCADOR GMBH & CO. KG, Bremen, Germany. All rights reserved. 02.97.01
aan de zijkant van de kast om de sensor te openen,
en druk beide helften uit elkaar.
2) Op de achterkant van de sensorkast bevinden zich
voorgeponste doordrukopeningen om de kabels
door te trekken en de kast aan de muur te bevesti-
gen. Draai beide schroeven aan de achterkant van
de kast los en verwijder de printplaat, zodat deze
openingen makkelijk toegankelijk zijn.
3) Boor gaten door de doordrukopeningen, om de sen-
sor aan de muur te bevestigen en de kabels door te
trekken.
4) Trek de kabel voor de verbinding met de alarmcen-
trale door de opening en monteer vervolgens de ach-
terkant van de sensorkast. Schroef de printplaat
opnieuw in de kast vast, zodat de aansluitingen
gemaakt kunnen worden.
4 Aansluiting en instelling van de sensor
De bedrading van de sensor mag niet in de buurt van
het elektriciteitsnet gelegd worden.
1) Sluit de stroomtoevoer (10-16 V ) aan de beide lin-
ker schroefklemmen "+" en "-" aan (zie figuur 1).
2) Verbind beide middelste aansluitklemmen "N/C" met
de alarmcentrale resp. breng een signaallijn aan op
deze klemmen.
3) Verbind de anti-sabotagelijn met beide rechter
schroefklemmen "24". Deze alarmlijn voorkomt ma-
nipulaties van de bewegingssensor: zodra gepro-
beerd wordt om de sensorkast te openen, onder-
breekt een anti-sabotagecontact de stroomkring,
waardoor het alarm in werking treedt.
4) Door de printplaat te verschuiven, kan de verticale
detectiehoek en zodoende ook de reikwijdte inge-
steld worden (zie eveneens figuur 2). Draai hiervoor
beide schroeven los, verschuif de printplaat verticaal
1) Para abrir el sensor, introducir un destornillador en el
lateral de la caja y separar las dos partes de la caja.
2) El sensor tiene unos agujeros en la parte posterior
del soporte para el cable guía y para facilitar el
montaje en la pared. Quitar la platina para destornil-
lar las dos roscas de la parte posterior de la caja, así
los agujeros serán accesibles fácilmente.
3) Perforar los agujeros para la fijación a la pared y el
cable guía.
4) Pasar el cable de conexión con el centro de alarma
a través del cable guía, y entonces montar la parte
posterior del soporte. Volver a colocar la platina en el
soporte para sacar las conexiones.
4 Conexión y ajuste del sensor
Los cables del sensor no deben encontrarse cerca de
los de alimentación.
1) Conectar la alimentación (10-16 V ) a ambos ter-
minales de la izquierda "+" y "-" (fig. 1).
2) Conectar los terminales "N/C" al centro de la alarma
o conducir una línea de señal vía estos terminales.
3) Conectar la línea anti sabotaje a los terminales de la
derecha "24". Con esta línea se previene las posi-
bles manipulaciones al detector de movimiento. Tan
pronto como se intenta abrir la caja, un contacto anti
sabotaje interrumpe el circuito de corriente y se
dispara la protección de la alarma.
4) Variando la dirección de la platina el ángulo de
detección vertical y así el rango de control pueden
ajustarse (fig. 2). Para ello, destornillar las roscas,
variar la dirección vertical de la platina y fijar en la
posición deseada. Variando la dirección de la platina
hacia arriba aumenta el rango de control y el ángulo
Reikwijdte
Rango de control
2 m
Zij-aanzicht
Vista lateral
in de desbetreffende richting en schroef weer vast
als de gewenst positie bereikt is. Door de printplaat
naar boven te schuiven, wordt de reikwijdte groter en
de detectiehoek ruimer. Door de printplaat naar
beneden te schuiven, wordt de reikwijdte kleiner en
de detectiehoek korter.
5) Plaats de voorzijde van de kast terug na de aansluit-
ing van de sensor.
5. Controle van de sensorwerking
De sensor is ongeveer 4 minuten na aansluiting op het
elektriciteitsnet stand-by. De functionaliteit van de sensor
en de instelling van de verticale detectiehoek kunnen nu
met een "looptest" gecontroleerd worden. Om de sensor
te controleren, loopt u door het bewaakte gebied. Zodra
de sensor een beweging detecteert, zal de rode con-
trole-LED achter de sensorlens oplichten. Om de LED na
de functietest uit te schakelen, dient de aansluiting van
de weerstand "R2" op de printplaat verbroken worden.
Na elke functietest duurt het ongeveer 10 seconden,
vooraleer de sensor zich weer gestabiliseerd heeft.
6 Technische gegevens
Reikwijdte: . . . . . . . . . . . . . . max. 12 x 12 m
Detectiehoek: . . . . . . . . . . . . 95°
Ruststroom: . . . . . . . . . . . . . 15 mA
Voedingsspanning: . . . . . . . . 10-16 V
Alarmcontact: . . . . . . . . . . . . 0,5 A / 24 V / ~
Anti-sabotagecontact: . . . . . . 1 A bij 30 V
Omgevingstemperatuurbereik: 0°C tot 35°C
Afmetingen (B x H x D): . . . . 65 x 60 x 47 mm
Gewicht: . . . . . . . . . . . . . . . . 60 g
Opgemaakt volgens de gegevens van de fabrikant.
Deze behoudt zich het recht voor de technische gege-
vens te veranderen.
de detección será más pequeño. Variando la direc-
ción de la platina hacia abajo disminuye el rango de
control y el ángulo de detección será más grande.
5) Después de la conexión del sensor, colocar nueva-
mente la parte frontal del recinto.
5 Comprobación del sensor
El sensor está listo para funcionar aproximadamente 4
minutos después de conectarlo a la alimentación. El
correcto funcionamiento del sensor y el ajuste del án-
gulo de detección vertical, puede ahora ser chequeado
con la "prueba de paso". Para ello, desplazarse lenta-
mente a través del rango de monitorizaje. Tan pronto
como un movimiento es reconocido por el sensor, el
LED rojo de control detrás de la lente del sensor se ilu-
mina. Para apagar el LED después de efectuado el test,
debe separarse una conexión de la resistencia "R2" de
la platina. Después de cada test, el sensor necesitará
aprox. 10 seg. para estabilizarse.
6 Características técnicas
Rango de control: . . . . . . max.12 x 12 m
Angulo detección: . . . . . . 95°
Corriente de reposo: . . . . 15 mA
Alimentación: . . . . . . . . . . 10-16 V
Contacto alarma: . . . . . . . 0,5 A / 24 V / ~
Contacto protección: . . . . 1 A a 30 V
Temperatura
de funcionamiento: . . . . . 0-35°C
Dimensiones: . . . . . . . . . . 65 x 60 x 47 mm
Peso: . . . . . . . . . . . . . . . . 60 g
Según el fabricante. Sujeto a cambios técnicos.
12 m
®
of 125 V~
o 125 V~