C
C
1
2
C
C
Het apparaat klaarmaken voor gebruik
Was alle accessoires en afneembare onderdelen af (zie
'Schoonmaken').
Wind overtollig snoer rond de voet van het apparaat.
Gebruik van het apparaat
Blender
De blender is bedoeld voor:
- het mengen van vloeistoffen, bijv. zuivelproducten, sauzen,
vruchtensappen, soepen, drankjes en milkshakes.
- het mixen van zachte ingrediënten, bijv. pannenkoekbeslag of
mayonaise.
- het pureren van gekookte ingrediënten, bijv. voor het bereiden van
babyvoedsel.
1
Bevestig de blenderkan door hem op het motorhuis te plaatsen
en in de richting van de pijl te draaien.
Oefen niet te veel druk uit op het handvat van de kan.
2
Doe de ingrediënten in de kan.
Doe nooit ingrediënten in de kan die heter zijn dan 80cC.
3
Sluit het deksel.
4
Plaats de stop op het deksel en draai deze vast in de richting
van pijl.
Plaats, om morsen te voorkomen, altijd eerst de stop op
het deksel voordat u het apparaat inschakelt.
5
Steek de stekker in het stopcontact.
6
Kies de gewenste stand door op de juiste knop te drukken. Het
apparaat gaat dan automatisch aan.
De snelheidsknoppen stellen u in staat de juiste snelheid te kiezen
om optimale resultaten te bereiken. Raadpleeg de tabel voor de
geadviseerde snelheden.
NEDERLANDS
35