• Gebruik alleen een verlengsnoer als het er
werkelijk niet anders kan. Gebruik van een
ongeschikt verlengsnoer kan het risico van
brand, elektrische schok of elektrocutie tot
gevolg hebben.
• Plaats niet iets boven op een lader en plaats
de lader niet op een zacht oppervlak omdat
hierdoor de ventilatiesleuven kunnen worden
geblokkeerd en de lader binnenin veel te
heet wordt. Plaats de lader niet in de buurt van
een warmtebron. De lader wordt geventileerd
door sleuven boven en onder in de behuizing.
• Gebruik de lader niet met een beschadigd
snoer of een beschadigde stekker — laat
deze onmiddellijk vervangen.
• Gebruik de lader niet als er hard op is
geslagen, als de lader is gevallen of op een
andere manier beschadigd is. Breng de lader
naar een erkend servicecentrum.
• Haal de lader niet uit elkaar; breng de lader
naar een erkend servicecentrum wanneer
service of reparatie nodig is. Onjuiste montage
kan leiden tot het risico van een elektrische
schok, elektrocutie of brand.
• Trek de stekker van de lader uit het
stopcontact voordat u de lader gaat
schoonmaken. Er is dan minder risico van
een elektrische schok. Het risico is niet minder
wanneer u de accu verwijderd.
• Probeer NOOIT 2 laders op elkaar aan te
sluiten.
• De lader is ontworpen voor de 230V
stroomvoorziening van een woning. Probeer
de lader niet te gebruiken op een andere
spanning. Dit geldt niet voor de 12V-lader.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
Laders
De DCB105 lader is geschikt voor Li-Ion-accu's
van 10,8 V, 14,4 V en 18 V (DCB125, DCB140,
DCB141, DCB142, DCB143, DCB180, DCB181,
DCB182 en DCB183).
D
WALT laders hoeven niet te worden afgesteld
E
en zijn zo ontworpen dat zij zeer gemakkelijk in het
gebruik zijn.
Oplaadprocedure (afb. [fi g.] 4)
1. Steek de stekker van de lader in een geschikt
stopcontact voordat u de accu inzet.
2. Plaats de accu (i) in de lader, en let er daarbij op
dat de accu geheel in de lader komt te zitten.
Het rode lampje (opladen) knippert voortdurend
en dat duidt erop dat het laadproces is gestart.
3. Het voltooien van het opladen wordt
aangegeven doordat het rode lampje continu
AAN blijft. De accu is volledig opgeladen en kan
nu worden gebruikt of in de acculader worden
gelaten.
OPMERKING: U kunt maximale prestaties en
levensduur van Li-Ion-accu's garanderen door de
accu's volledig op te laden voordat u deze voor het
eerst in gebruik neemt.
Oplaadproces
Zie voor de oplaadstatus van de accu de
onderstaande tabel.
Laadindicaties: DCB105
–– –– –– –– –– –– ––
bezig met opladen
––––––––––––––––––––
volledig opgeladen
––– • ––– • ––– • –––
hete/koude
accuvertraging
x
• • • • • • • • • • • • • •
probleem met
accu of lader
Deze lader laadt een kapotte accu niet op. Het
lampje zal niet of onregelmatig gaan branden en de
lader geeft daarmee aan dat de accu kapot is.
OPMERKING: Dit kan ook betekenen dat er iets
mis is met de lader.
Als de lader laat zien dat er een probleem is, laat de
lader en de accu dan testen door een geautoriseerd
servicecentrum.
HOT/COLD PACK DELAY (VERTRAGING HETE/KOUDE ACCU)
Wanneer de lader waarneemt dat een accu te
warm of te koud is, wordt onmiddellijk een Hot/
Cold Delay gestart en wordt het laden uitgesteld tot
de accu een geschikt temperatuur heeft bereikt. De
lader schakelt dan automatisch over op de accu-
laadstand. Deze functie waarborgt een maximale
levensduur van de accu.
XR Li-Ion-gereedschap is ontworpen met een
Elektronisch Beveiligingssysteem dat ervoor zorgt
dat de accu niet te veel wordt geladen, niet te heet
wordt of te veel wordt ontladen.
Het product zal automatisch uitgeschakeld worden,
als het elektronisch beschermingssysteem actief
wordt. Als dit gebeurt, zet u de Li-Ion op de lader,
totdat deze volledig geladen is.
Een koude accu zal half zo snel opladen als een
warme accu. De accu zal minder snel opladen
gedurende de gehele laadcyclus en zal niet op
maximumsnelheid gaan opladen, ook niet als de
accu warmer wordt.
NEDERLANDS
67