Let op !
Gevaar voor materiële schade.
Door de overdruk kan het materiaal uitstromen
■
en het apparaat verstoppen.
¾ Luchtregelaar [2] tijdens het gebruik nooit
helemaal sluiten.
Instelling van de perluchtopname
Luchttoevoerregelaar[11] draaien:
■
• Met de klok mee: Luchtstroom vermindert, tot
deze helemaal onderbroken is.
• Tegen de klok in: Luchtstroom verhoogt (hogere
opname).
Opmerking
Normaal gesproken moet de luchttoe-
voerregelaar[11] compleet geopend
zijn, wanneer de druk tussen 3–4 bar
ligt.
Het moet worden aangepast wanneer
de druk boven 4 bar is.
Gecombineerde instellingen
Door een gecombineerde instelling van de instelege-
laar voor spuiten [8] en luchtregelaars [2] kunnen
naar wens gadde of ruwe oppervlakken bewerkt
worden en kan bij het behandelde deel een finish
als bij het origineel bereikt worden.
Materiaal op waterbasisi
Instelregelaar voor de spuit [8] met de klok mee
■
op maximaal 10-12 mm instellen. De spuitnaald
is maximaal geopend en daarmee wordt een
maxiamale materiaaltoevoer uit de tank bereikt.
Instelling voor gladde oppevlakken
Ontluchtingsregelaar [3] compleet openen (met
■
de klok mee) Tijdens het gebruik stroomt de lucht
uit de tank (daardoor vermindert de druk in de
tank) en verminderd het materiaalmengsel.
Wanneer er nie gespoten wordt, de ontluchtings-
■
regelaar [3] langzaam tegen de klok in sluiten,
tot het gewenste materiaalmengsel bereikt wordt.
Luchtregelaar [2] helemaal opendraaien.
■
Verstuiving met de luchtregelaar [2] instellen.
■
Instelling voor ruwe oppervlakken
Ontluchtingsregelaar [3] iets sluiten (tegen de
■
klok in). Hierdoor wordt de druk in de tank en
dus de hoeveelheid materiaalmengsel verhoogd.
Luchtregelaar [2] iets sluiten, afhankelijk van het
■
oppervlak.
Verstuiving met de luchtregelaar [2] instellen.
■
Let op !
Gevaar voor materiële schade.
Door de overdruk kan het materiaal uitstromen
■
en het apparaat verstoppen.
¾ Luchtregelaar [2] tijdens het gebruik nooit
helemaal sluiten.
Gecombineerde instellingen
Door een gecombineerde instelling van de ontluch-
tingsregelaars [3] en luchtregelaars [2] kunnen
naar wens gadde of ruwe oppervlakken bewerkt
worden en kan bij het behandelde deel een finish
als bij het origineel toestand bereikt worden.
De luchttoevoerregelaar [11] wordt in deze geval-
len aan de eisen van de gebruiker aangepast.
51