Veiligheidsinstructies
■
lange broek en stevige schoenen
■
bij onderhoud en verzorging: veiligheids-
handschoenen
3.3
Veiligheid op de werkplek
■
Werk enkel bij daglicht of bij sterk kunstlicht.
■
Verwijder vóór de werkzaamheden gevaarlij-
ke voorwerpen uit het werkgebied, bijv. tak-
ken, glazen en metalen voorwerpen, stenen.
■
Let daarbij op uw stabiliteit.
3.4
Veiligheid van personen en dieren
■
Gebruik het apparaat alleen voor werkzaam-
heden waarvoor het is bedoeld. Niet-regle-
mentair gebruik kan letsel en materiële scha-
de veroorzaken.
■
Schakel het apparaat alleen in als er geen
personen of dieren in het werkgebied aanwe-
zig zijn.
■
Houd handen en voeten of andere lichaams-
delen uit de buurt van draaiende onderdelen.
■
Houd tijdens het werk de te snoeien twijgen
niet vast.
■
Schakel het apparaat uit en wacht tot het
mes tot stilstand is gekomen alvorens ge-
blokkeerde twijgen te verwijderen.
■
Onderdelen van het apparaat, zoals motor-
deksels en messen, kunnen tijdens het ge-
bruik sterk opwarmen. Raak ze niet aan.
Wacht na het uitschakelen tot ze afgekoeld
zijn.
■
Bij niet reglementair gebruik en beschadigde
accu kunnen dampen en elektrolyt vrijkomen.
De ruimte voldoende ventileren en bij ge-
zondheidsklachten een arts raadplegen.
Bij contact met elektrolyt grondig afspoelen
en de ogen direct grondig uitspoelen. Daarna
een arts raadplegen.
3.5
Veiligheid van het apparaat
■
Gebruik het apparaat alleen onder de volgen-
de voorwaarden:
■
Het apparaat is niet vervuild.
■
Het apparaat vertoont geen beschadigin-
gen.
■
Alle bedieningselementen werken.
■
Houd alle apparaatgrepen droog en schoon.
■
Overbelast het apparaat niet. Het is voor lich-
te particuliere werkzaamheden bedoeld.
Overbelasting leidt tot beschadiging van het
apparaat.
441884_a
■
Gebruik het apparaat nooit met versleten of
defecte onderdelen. Vervang defecte onder-
delen altijd door originele reserve-onderdelen
van de fabrikant. Zo wordt de veiligheid van
het apparaat gewaarborgd. Wanneer het ap-
paraat met versleten of defecte onderdelen
wordt gebruikt, kan tegenover de fabrikant
geen aanspraak op garantie worden ge-
maakt.
3.6
Elektrische veiligheid
■
Ter voorkoming van kortsluitingen en vernie-
ling van de elektrische onderdelen:
■
Bescherm het apparaat tegen vocht en
gebruik het niet bij regen.
■
Spuit het apparaat niet met water af.
■
Open het apparaat niet.
3.7
Veiligheidsinstructies voor de bediening
WAARSCHUWING!
Risico op letsel
Het onbedoeld inschakelen van het ap-
paraat kan tot ernstig letsel leiden.
■
Beveilig bij langere pauzes het appa-
raat met de mesbeveiliging.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor snijletsel
De messen draaien na het uitschakelen
van de motor nog een beetje door. Ge-
vaar voor snijletsel bij het grijpen in on-
derdelen met scherpe randen en bewe-
gende onderdelen.
■
Nooit direct na het uitschakelen van
het apparaat in bewegende onderde-
len grijpen.
■
Wacht tot het mes gestopt is met
draaien alvorens u het vervangt of
het apparaat van gemaaid materiaal
ontdoet.
■
Draag veiligheidshandschoenen.
■
Werk alleen met een scherp mes.
■
Laat een gebruiksklaar apparaat nooit onbe-
waakt achter.
■
Laat de aan-/uitschakelaar in volgende geval-
len direct los:
■
bij storingen en abnormale trillingen
■
alvorens u blokkeringen en verstoppin-
gen oplost
27