Zelfbescherming en bescherming
van andere personen
Elektrische schokken kunnen tot de dood of
■
ernstige letsel leiden en kunnen een gevaar
vormen voor de werking van objecten (bijv.
beschadiging van het apparaat).
De werking van de spanningstester moet kort
■
vóór het gebruik worden gecontroleerd.
Zorg dat de meetleidingen en het apparaat in
■
goede toestand zijn.
Controleer het apparaat bij een bekende span-
■
ningsbron, bijv. 230 V stopcontact.
• Valt hierbij de weergave van een of meerdere
functies uit, mag het apparaat niet meer wor-
den gebruikt en moet het door een vakperso-
neel worden gecontroleerd.
Het apparaat uitsluitend aan de handgrepen
■
vastpakken, voorkom contact met de meet-
punten.
Altijd de vijf veiligheidsregels opvolgen:
■
1. Vrijschakelen
2. Beveiligen tegen herinschakelen
3. Spanningsvrije toestand controleren (spannings-
vrije toestand 2-polig controleren)
4. Aarden en kortsluiten
5. Onderdelen onder spanning in de directe om-
geving afdekken
Veiligheid op de werkplek
Voorkom het gebruik van het apparaat in de
■
buurt van elektrische lasapparaten, inductie-
verwarmingen en andere elektromagnetische
velden.
Na een plotselinge temperatuurverandering
■
heeft het apparaat voor gebruik ca. 30 mi-
nuten stabilisatietijd nodig, zodat de IR-sensor
zich kan stabiliseren.
Het apparaat nooit langdurig aan hoge tempe-
■
raturen blootstellen.
Mijd stoffige en vochtige omgevingscondities.
■
In industriële omgevingen moeten de onge-
■
valpreventievoorschriften van de beroeps-
verenigingen voor elektrische installaties en
bedrijfsmiddelen worden opgevolgd.
Veiligheidsaanwijzingen
Algemene veiligheidsaanwijzingen
■
■
■
■
■
■
■
■
■
■
Vóór het in gebruik nemen en na transport
altijd een visuele controle van het apparaat op
beschadigingen uitvoeren. Laat eventuele be-
schadigingen vóór het in gebruik nemen door
opgeleid servicepersoneel repareren.
Het apparaat mag niet worden gebruikt in een
natte of vochtige omgeving.
Nooit met open batterijvak gebruiken!
De meetleidingen moeten tijdens het vervangen
van de batterijen worden losgekoppeld van het
meetcircuit.
Wordt het apparaat langere tijd niet gebruikt,
verwijder dan de batterijen, om het apparaat
te beschermen tegen beschadigingen.
Meetapparaten en toebehoren zijn geen speel-
goed en horen niet in kinderhanden!
Gebruik uitsluitend de meegeleverde veiligheid-
smeetleidingen of vergelijkbare meetleidingen,
die voldoen aan CAT IV 600 V.
Om elektrische schokken te voorkomen,
moeten de voorzorgsmaatregelen worden
opgevolgd, als met spanningen hoger dan 70
V (30 V) DC of 33 V (16 V) eff. AC wordt ge-
werkt Deze waarden vormen volgens DIN VDE
de grens van nog aan te raken spanningen.
(De waarden tussen haakjes gelden bijv. voor
geneeskundige of agrarische omgevingen)
Het meetapparaat mag uitsluitend worden ge-
bruikt binnen de gespecificeerde meetbereiken.
Gebruik alleen origineel Würth-toebe-
horen en originele Würth-reserveon-
derdelen.
53