vast met de meegeleverd sleutel en controleer of de
andere bouten ook vast zijn aangetrokken.
Vonkbeschermplaat (11):
Voor de inbedrijfname de vonkbeschermplaat tot
aan de markering verdraaien.
7. Gebruik
7.1
Snijdiepte instellen
Voor het voorinstellen van de gewenste snijdiepte
bijv. bij meerdere snedes met dezelfde diepte.
Instellen van de snijdieptebegrenzer (3):
- De contramoer losmaken.
- De zeskantbout op de gewenste diepte instellen.
- De borgmoer weer vastdraaien.
7.2
Bankschroef
Het werkstuk vast in de bankschroef (12)
spannen.
Instellen van de snijhoek:
- De beide bouten (16) van de aanslag (15)
losmaken.
- Gewenste hoek instellen.
- De beide bouten (16) weer vastdraaien.
Verstellen van de maximale spanbreedte:
de aanslag kan in 3 posities worden ingesteld.
- Daarvoor de beide bouten (16) verwijderen.
- De aanslag (15) naar achteren / midden / voren
verzetten.
- De aanslag (15) met beide bouten (16) weer
bevestigen.
Werkstuk inspannen:
- Voor snelspannen de hefboom (13) naar boven
zwenken en de draaikruk (14) in de richting van
het werkstuk schuiven.
- Hefboom (13) naar onderen drukken en het
werkstuk door rechtsom verdraaien van de
draaikruk (14) vast inspannen.
7.3
Doorslijpen van een werkstuk
Klemgevaar! Grijp bij het laten zakken van de
hefboom niet in de scharnieren!
• Begin pas met het snijden wanneer de machine
het maximale toerental heeft bereikt.
• De slijpschijf langzaam op het werkstuk laten
zakken en dan met geringe druk de snede
maken.
• Na afronding van de werkzaamheden, de
hefboomarm weer in de uitgangspositie brengen.
• Na afronden van de snede de machine
uitschakelen, de motor volledig tot stilstand laten
komen en pas dan de volgende snede
voorbereiden. Het uitnemen of plaatsen van
werkstukken bij roterende slijpschijf kan letsel tot
gevolg hebben.
• Niet met te veel druk werken, omdat de slijpschijf
dan te snel slijt resp. de machine of het werkstuk
beschadigd raken.
7.4
In- en uitschakelen
Inschakelen: Inschakelblokkering (10) indrukken
en vasthouden, vervolgens op de drukschakelaar
(9) drukken.
Uitschakelen: drukschakelaar (9) loslaten.
7.5
Transport
Bij het transport de hefboomarm (5) geheel naar
beneden brengen en door verschuiven van de
transportborging (4) vastzetten.
Opmerking: voor het borgen van de hefboomarm is
het noodzakelijk de snijdieptebegrenzer (3) in een
onderste positie te draaien. Zie hoofdstuk 7.1.
8. Onderhoud
Voor alle ombouw- en
onderhoudswerkzaamheden de stekker uit
het stopcontact halen!
Asvergrendeling (8) alleen bij stilstaande
motor indrukken.
8
Afnemen van de slijpschijf:
- Hefboom voor asvergrendeling (8) naar rechts
drukken en de slijpschijf (a) met de hand
verdraaien tot de asvergrendeling merkbaar
borgt.
- Bout met spanflens (b) met de sleutel (c) linksom
afschroeven.
- Slijpschijf wegnemen.
Monteren van de slijpschijf:
- De nieuwe slijpschijf (a) plaatsen.
- Bout met spanflens (b) opschroeven.
- Spindel borgen en bout met spanflens (b) met de
sleutel (c) vast aandraaien.
- Controleer of de asvergrendeling (8) weer los is.
- Vervuilde machine reinigen en slijpstof
verwijderen.
Regelmatig onderhoud:
De volgende onderdelen tenminste maandelijks
oliën: de bewegende onderdelen van de
bankschroef.
9. Storingen verhelpen
Inschakelingen genereren kortstondige
spanningsdips. Bij ongunstige netomstandigheden
kunnen andere apparaten worden beïnvloed. Bij
netimpedanties kleiner dan 0,2 Ohm worden geen
storingen verwacht.
NEDERLANDS nl
a
b
c
27