•
Aanwijzing! De slijpsteen (15) bezit twee ver-
schillend gekorrelde oppervlakken.
•
Wanneer u de grove zijde van de slijpsteen
(15) gebruikt, dan wordt het oppervlak van de
natte schijf (5) ruwer. Daardoor wordt bij het
slijpen meer materiaal afgeschuurd.
•
Bij gebruik van de fijne zijde van de slijpsteen
(15) daarentegen, wordt het oppervlak van
de natte schijf (5) gladder. Daardoor wordt uw
slijpresultaat scherper.
•
Aanwijzing! Het waterreservoir moet bij het
opbrengen van de slijpsteen (15) gevuld zijn.
•
Schakel de machine in en leg de slijpsteen
(15) op de natslijpschijf (5). Geleid de sli-
jpsteen (15) ca. 30 seconden over de nats-
lijpschijf (5). U bereikt al een gelijkmatigere
afschuring door de slijpsteen lichtjes heen en
weer te bewegen.
•
Aanwijzing! De slijpsteen (15) is niet geschikt
voor het gladschaven resp. elimineren van
grove oneffenheden aan de natslijpschijf (5).
6.3 Nat slijpen (afbeelding 9)
•
Controleer alvorens te beginnen werken of de
natslijpschijf (5) zich diep genoeg in het water
bevindt (zie 5.1).
•
Stel uw scherphoek in aan de hoekmal (17)
(zie 5.3).
•
Bevestig het te bewerken gereedschap in de
spaninrichting (2) (zie 5.4).
•
Stel uw scherphoek in aan de machine (zie
5.4).
•
Schakel de slijpmachine in met de Aan/Uit-
schakelaar (1).
•
Grijp de spaninrichting (2) vast met beide
handen. Laat het gereedschap langzaam
neer op de natslijpschijf (5).
•
Om een zo scherp mogelijke snijkant te ver-
krijgen drukt u het gereedschap maar licht
tegen de natslijpschijf (5). In de regel geldt:
hoe minder druk, des te scherper het resul-
taat. Hoe meer druk, des te meer materiaal er
wordt afgeschuurd.
•
Beweeg het gereedschap lichtjes heen en
weer om een optimaal slijpresultaat te verkri-
jgen. De natte schijf (5) raakt zo bovendien
gelijkmatig versleten.
Voorzichtig!
Mocht de slijpschijf tijdens het werken blokkeren,
neem dan uw werkstuk weg en wacht, tot het ap-
paraat zijn maximale toerental opnieuw heeft be-
reikt. U moet het werkstuk eventueel met minder
uitgeoefende kracht naar de slijpschijf toe leiden.
Anl_TC-WG_200_SPK2.indb 42
NL
6.4 Aanzetschijf voorbereiden
(afbeelding 10)
•
Voordat u de aanzetschijf (6) kunt gebruiken,
moet u deze eerst prepareren met aanzetpas-
ta (16).
•
Doe wat aanzetpasta (16) op de aanzetschijf
(6) en verdeel deze gelijkmatig. U kunt daar-
voor bijvoorbeeld een doek of een spons
gebruiken.
•
Voorzichtig! Gebruik de aanzetschijf (6) nooit
in droge toestand. De aanzetpasta (16) ver-
hindert dat het oppervlak van de aanzetschijf
(6) uitdroogt en poreus wordt.
•
Aanwijzing! Breng de aanzetpasta (16) regel-
matig op, om te verhinderen dat de aanzet-
schijf (6) uitdroogt.
6.5 Aanzetten (afbeelding 11/12)
•
Om de scherpte van uw snijkant te verhogen
kunt u de snijkant van het gereedschap na
het nat slijpen (zie 6.3) aanzetten.
•
Waarschuwing! Laat de snijkant van het ge-
reedschap nooit tegen de draairichting van de
aanzetschijf daarop rusten. Het gereedschap
zou zich in het oppervlak van de aanzetschijf
snijden!
•
Schakel de slijpmachine in met de Aan/Uit-
schakelaar (1).
•
Pak het gereedschap vast met beide handen
en laat het langzaam neer op de aanzetschijf
(6).
•
Maak een zo scherp mogelijke snijkant door
zowel de voor- als de achterkant van de snij-
kant over de aanzetschijf (6) te trekken.
•
Beweeg het gereedschap lichtjes heen en
weer om een optimaal resultaat te verkrijgen.
•
Aanwijzing! Als de aanzetschijf (6) ondanks
geringe uitgeoefende druk tijdens het werken
blokkeert, dan kunt u de aandrukkracht van
de aandrijfas (29) door middel van de afstel-
schroef (30) verhogen (vgl. afbeelding 12).
7. Vervanging van de
netaansluitleiding
Gevaar!
Als de netaansluitleiding van dit apparaat be-
schadigd wordt, dan moet hij door de fabrikant
of diens klantendienst of door een gelijkwaardig
gekwalifi ceerde persoon vervangen worden, om
gevaren te vermijden.
- 42 -
07.09.2020 14:42:05