Dipswitches; Het Detectie Patroon Configureren; Looptest Voor De Detector Uitvoeren - Interlogix DDV1016 Hoja De Instalación

Sensor de movimiento
Tabla de contenido
Ingang configureren
Als u de ingang wilt instellen, past u de volgende selectie toe.
Selecteer de correcte EOL-weerstandwaarden met JA en
JT. Bijvoorbeeld, de instelling van jumper JT bepaalt de
Rt-waarde.
Verwijder JT voor geïsoleerde uitgangen.(enkel lus)
Verwijder jumpers JA, en JT om ingebouwde EOL-
waarden uit te sluiten.(geen ingebouwde
eindweerstanden)
Voor een dubbellus weerstan configuratie ingang met alle
ingebouwde weerstanden ingesteld, kan de ingangsweerstand
de volgende zijn.
Tabel 2: Weerstandswaarden ingang
Ingangsstatus
Waarde
Sabotage (kort)
0 Ω
Normaal
Rt
Alarm
Rt+Ra
Sabotage (open)

Dipswitches

Tabel 3: SW1, algemene instellingen
Schakelaar
Waarden
6: LED
On (Aan): LED aan*
5: Extern
On (Aan): Extern aan Off (Uit): Extern uit*
4: Gereserveerd
3: Polariteit
On (Aan): Positieve
polariteit
1, 2: Radarbereik
1 aan, 2 aan: 16 m*
1 uit, 2 aan: 14 m
*
Fabrieksinstellingen
DIP-switch SW1
SW1-1, SW1-2: Radar range (Radarbereik)
Gebruik SW1-1 en SW1-2 om het radarbereik in te stellen dat
precies bij het detectiebereik hoort. De radar is van het type
Range-gating, wat betekent dat het detectiebereik bijzonder
nauwkeurig is.
10 m
12 m
SW1-3: Polarity (Polariteit)
On (Aan): Positieve polariteit. Configureert de ingangen (WT
en D/N) als "Active high" (Actieve hoog).
Off (Uit): Negatieve polariteit. Configureert de ingangen (WT
en D/N) als "Active low" (Actieve laag). Fabrieksinstelling.
De functionaliteit wordt verklaard in afbeelding 9.
Verklaring afbeelding 9
(1) Polariteit hoog
(2) Polariteit laag
P/N 146552999-1 (ML) • REV D • ISS 23MAY12
Standaard
0 Ω
4,7 kΩ
9,4 kΩ
Off (Uit): LED uit
Off (Uit): Negatieve
polariteit*
1 aan, 2 uit: 12 m
1 uit, 2 uit: 10 m
14 m
16 m
Fabrieksinstelling.
(3) Looptest
(4) Dag/nacht
Deze functie is tevens afhankelijk van de SW1-5-instelling. Zie
"SW1-5: Externe functionaliteit" hieronder.
SW1-4: Niet gebruikt (Gereserveerd)
Niet wijzigen.
SW1-5: Externe functionaliteit
On (Aan): Extern aan. Activeert WT en dag-/nachtingangen.
Off (Uit): Extern uit. Schakelt WT en dag-/nachtingangen uit
(fabrieksinstelling).
De volgende functionaliteit is afhankelijk van de instelling voor
Remote (Extern).
Tabel 4: Functies zijn afhankelijk van de instelling Extern
Item
Beschrijving
SW1-3
Polariteit
WT
WT-ingang
D/N
D/N-ingang
Overige
Groene mode
Alarmgeheugen
Zie ook "Aansluitingen" op pagina 24.
SW1-6: LED's
On (Aan): LED's zijn ingeschakeld. Zie "LED's en uitgangen"
op pagina 26 voor LED-functionaliteit.
Off (Uit): LED's zijn uitgeschakeld voor elke status.

Het detectie patroon configureren

Indien nodig verwijderen de maskers (figuur 8, punt 1).
Het gewijzigde patroon is afgebeeld in figuur 8, punten 3
tot en met 7.
Opmerking:
Als zowel beide maskers zijn geïnstalleerd,
het detectie bereik is beperkt tot 6 m
Het detectiepatroon wijzigen door uit breken van maskers
delen (weergegeven als grijs in figuur 8, punt 2).
Plak de juiste spiegel stickers indien nodig. Zie
afbeelding 7, punt 1 voor details.
Let op:
Verwijderen van stickers kan het spiegel
oppervlak beschadigen.
Wanneer er stoor objecten zich direct onder de detector
bevinden, plaats dan het masker aan de binnenkant van
het venster (standaard). Hiermee schakelt u dat deel van
het gordijnen uit, dat neer kijkt op het object, hierdoor kan
de detector onstabiel worden. Zie afbeelding 7, punt 2.

Looptest voor de detector uitvoeren

U kunt op twee manieren overschakelen naar de
looptestfunctie.
SW1-6 ingesteld op LED aan, SW1-5 ingeteld op (Extern uit
In deze modus is de LED-indicatie altijd ingeschakeld
(constante looptestmodus).
SW1-5 Extern aan
SW1-5 Extern uit
Instelbaar
Alleen positief
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
Ingeschakeld
Uitgeschakeld
Ingeschakeld in de
Uitgeschakeld
dagmodus zonder
WT
Ingeschakeld in de
Uitgeschakeld
dagmodus zonder
WT
25 / 36
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido