Transport, inbedrijfstelling en stopzetting
Transport
4
Transport, inbedrijfstelling en stopzetting
4.1
Transport
WEES VOORZICHTIG
Bij verlaadwerkzaamheden alleen hijstuig en lastopname inrichtingen gebruiken, die voor het gewicht van
de dienblad-transportwagen goedgekeurd zijn. Alleen transportvoertuigen gebruiken, die voor het gewicht
van het apparaat goedgekeurd zijn.
De dienblad-transportwagen wordt gewoonlijk in samengebouwde toestand uitgeleverd, d.w.z.. hij is
compleet gemonteerd.
De desbetreffende leveromvang moet in overeenstemming met het geldige koopcontract op de met
levering bijgevoegde verzendpapieren zijn uitgevoerd.
4.2
Installeren en in bedrijf stellen
Het installeren en in bedrijf stellen van de Dienblad-transportwagen geschiedt door de fabrikant of door de
fabrikant geautoriseerd vakpersoneel.
Voor de eerste inbedrijfstelling moet de Dienblad-transportwagen grondig met een zachte doek worden
gereinigd. Voor de inbedrijfstelling moet het apparaat schoon en droog zijn.
Binnen het kader van de inbedrijfstelling moet worden gecontroleerd of de bedieningselementen goed
functioneren:
INFO
4.3
Opslag en recycling
Een tussenopslag moet in droge en vorstvrije omgeving plaats vinden. De Dienblad-transportwagen moet
met geschikt afdekmateriaal tegen stof worden beschermd.
Het apparaat moet aan de opslagplaats alle 6 maanden op schade voor corrosie worden onderzocht.
OPMERKING
OPMERKING
Voor het weer in gebruik nemen moet het apparaat schoon en droog zijn.
4330080_A0
Apparatuurschade als gevolg van ondeskundig transport
Indien deze bijv. in een vrachtwagen worden vervoerd dienen deze te worden
vastgezet. Bij niet voldoende beveiligde apparaten bestaat het gevaar van
materiële schade aan het apparaat en personenschade door bekneld raken.
Beveilig alleen staande apparaten tijdens het transport met respectievelijke
transportbeveiligingen.
Afvalverwerking van het verpakkingsmateriaal
Het
verpakkingsmateriaal
overeenkomstig worden verwijderd. Daarbij moeten de verschillende
materialen gescheiden worden en milieuvriendelijk worden gedeponeerd.
Hiertoe moet in ieder geval de plaatselijke afvalverwerking verantwoordelijke
er mee in worden betrokken
Condenswatervorming
Let erop dat voldoende ventilatie aanwezig is en dat de opslagplaats geen
grote temperatuurschommelingen heeft, om de vorming van condenswater te
verhinderen.
Tussentijdse opslag
Dienblad-transportwagen die voor een langere periode niet in gebruik zijn
moeten met open deuren worden opgeslagen om geurvorming in de
binnenruimte te voorkomen.
bestaat
uit
recyclingmateriaal
Hoofdstuk
4
Bladzijde 19
en
kan
Dienblad-transportwagen
TTW/M