- de temperatuur van de batterij niet binnen het
toegestane bedrijfstemperatuurbereik ligt van -20
tot +50°C --> 2 niveaus van de batterijniveau-indicator
gaan knipperen als er op knop P q b wordt gedrukt;
wacht tot de batterij weer binnen het toegestane
bedrijfstemperatuurbereik zit
- de batterij bijna leeg is (ter bescherming tegen
diepe ontlading) --> er wordt (knipperend) een laag
batterijniveau q c aangegeven door de batterijniveau-
indicator als er op knop P wordt gedrukt; batterij
opladen
! blijf niet op de aan/uit-schakelaar drukken nadat
de machine automatisch is uitgeschakeld; de
batterij kan beschadigd worden
Spannen van zaagketting w
•
! verwijder de batterij uit de machine
- leg de kettingzaag neer op een vlak oppervlak
- controleer of de kettingschakels goed in de
geleidingssleuf van zwaard D liggen
1. draai blokkeerknop B los totdat deze alleen het
zwaard op zijn plek houdt (niet verwijderen)
2. til het zwaard iets op en houd het in die positie
3. draai kettingspanknop K omhoog totdat de
onderste kettingschakels omhoog komen en
NET de onderzijde van zwaard D raken
4. draai blokkeerknop B aan door
deze rechtsom te draaien
5. laat het zwaard los
6. zaagketting is correct gespannen wanneer deze
in het midden ca. 4 mm kan worden opgetild
! controleer de kettingspanning voor het begin van
de werkzaamheden, na de eerste keren zagen en
tijdens het zagen regelmatig (elke 10 minuten)
- in het bijzonder bij nieuwe zaagkettingen moet in het
begin met verslapping worden gerekend
- de levensduur van de zaagketting is in grote mate
afhankelijk van voldoende smering en juiste spanning
- span de zaagketting niet wanneer deze zeer heet is,
omdat de ketting na het afkoelen samentrekt en dan te
strak op het zwaard ligt
•
Kettingsmering e
De levensduur en de snijcapaciteit van de ketting hangt
af van optimale smering; daarom wordt tijdens het
gebruik de zaagketting door middel van oliesproeier L 2
automatisch met zaagkettingolie gesmeerd
! de kettingzaag wordt niet met olie gevuld geleverd;
het is belangrijk om de kettingzaag voor gebruik
met olie te vullen
! het gebruik van de kettingzaag zonder
zaagkettingolie of bij een oliepeil onder de
minimummarkering leidt tot beschadiging van de
kettingzaag
- plaats de kettingzaag met olietankdop M naar boven op
een geschikte ondergrond
- schroef de olietankdop eraf en vul de olietank met
zaagkettingolie (niet meegeleverd)
- let erop dat er geen vuil in de olietank terechtkomt
- breng de olietankdop weer aan en sluit af
! controleer het olieniveau voordat u aan de slag
gaat en tijdens gebruik; vul olie bij wanneer het
niveau onder indicator N komt
- de vulling is voldoende voor ca. 15 minuten, afhankelijk
van de pauzes en de intensiteit van de werkzaamheden
- gebruik nooit gerecyclede olie of oude olie
•
Aan/uit r
- zet de machine aan door eerst op
veiligheidsschakelaar Q te drukken en daarna trekker-
schakelaar R in te drukken
- schakel de machine uit door trekker R los te laten
! na het zagen mag de kettingzaag niet worden
gestopt door het bedienen van voorste
handbescherming S 2 (= terugslagrem)
•
Terugslagrem t
De terugslagrem is een beschermingsmechanisme, dat
bij terugslag van de machine wordt geactiveerd door het
naar voren duwen van handbescherming S -> de ketting
stopt onmiddellijk
Voer van tijd tot tijd een functietest uit:
- schuif de voorste handbescherming S naar voren en
schakel de kettingzaag kort in -> de ketting mag niet
aanlopen
- voor het ontgrendelen van de terugslagrem, trekker-
schakelaar R loslaten en voorste handbescherming S
naar achteren trekken
•
Werken met de machine
- houd de kettingzaag altijd met beide handen vast (met
uw linkerhand aan de voorste handgreep T en uw
rechterhand aan de achterste handgreep U); zaag nooit
met één hand y a
- geleid de stroomkabel altijd naar achteren en houd
deze buiten het bereik van de zaagketting en het
zaagmateriaal; positioneer de stroomkabel zo, dat deze
zich niet in grote of kleine takken kan vastgrijpen
! de ketting moet voor het contact met het hout op
volle snelheid zijn
- gebruik daarbij de metalen klauwaanslag V voor het
vastzetten van de kettingzaag op het hout y a
- gebruik de klauwaanslag tijdens het zagen als hefboom
(✱) y a
- zet bij het zagen van dikke takken of stammen de
klauwaanslag op een lager punt neer; trek daarvoor de
kettingzaag terug om de klauwaanslag los te maken en
deze opnieuw lager aan te zetten; haal de zaag daarbij
niet uit de inzaging
- druk bij het zagen niet met kracht op de zaagketting;
laat de ketting het werk doen en zorg met de
klauwaanslag V voor een lichte hefboomdruk
- gebruik de kettingzaag alleen wanneer u stevig staat
- houd de kettingzaag iets rechts van het eigen lichaam
y b
- gebruik de kettingzaag nooit met gestrekte armen en
probeer niet op moeilijk bereikbare plaatsen te zagen,
of staand op een ladder y c
- zaag nooit boven schouderhoogte y d
- de beste zaagresultaten worden bereikt wanneer de
kettingsnelheid niet door overbelasting daalt
! wees voorzichtig aan het einde van de
inzaging; zodra de zaag loskomt, verandert de
gewichtskracht onverwacht (er bestaat kans op
ongevallen voor benen en voeten)
! trek de zaag alleen met lopende zaagketting uit de
inzaging
•
Zagen van boomstammen
- ondersteun de stam zo dat de inzaging niet sluit en de
zaagketting niet vastklemt
- stel korte houtstukken in en klem deze vast voor het
zagen
- voorkom het aanraken van stenen en spijkers,
37