3 / NORMAAL ONDERHOUD VAN DE KOELKAST
STSOT ROIRNI GNEGNEN
Tijdens de werking maakt de koelkast verschillende geluiden, deze zijn normaal :
Het koelgas kan borrelen als het door de leidingen stroomt.
•
De compressor kan ronken, vaak iets harder bij het opstarten.
•
De gebruikte materialen kunnen "kraken" bij het uitzetten of krimpen.
•
Het apparaat werkt niet
De koelkast trilt of maakt geluid
De koelkast wordt niet/ niet voldoende koud
Het gloeilampje van de koelkast brandt niet
De compressor wil niet meer opstarten na een
temperatuurwijzi- ging
Er staat water op de grond of op de rekjes
AFDELING VOOR TECHNISCHE ONDERSTEUNING
Indien u alle hierboven staande controles hebt uitgevoerd en de storing niet is verdwenen, MAG U NIET ZELF GAAN SLEUTELEN
AAN DE KOELKAST. Neem contact op met de Technische Servicedienst bij u in de buurt.
PROBLEEM
DIT TOESTEL VOLDOET AAN DE EEG-RICHTLIJNEN
2006/95, 2004/108, 96/57, 92/31, 94/62
Controleer of de steker wel naar behoren in de contactdoos is
gestoken, of de zekering niet is doorgeslagen en of de
lastschakelaar niet is doorgeslagen.
Controleer of de koelkast wel waterpas staat. Stel de poten bij
Controleer de stand van de thermostaat en zet hem op de
juiste temperatuur.
Controleer het gloeilampje en vervang het in het voorkomende
geval. Als de storing niet verdwijnt, moet u kijken of het
apparaat wel naar behoren is aangesloten.
Dit is normaal, de compressor start pas na een bepaalde tijd
weer op.
Het gaatje waardoor het ontdooiingswater wordt afgevoerd is
waarschijnlijk verstopt. Dit gaatje
breinaald.
14
OPLOSSING
ontstoppen met een