Elektrocutiegevaar. Niet de wisselstroom aan een model verbinden die 24 VDC gebruikt.
Potentieel gevaar van elektrische schok. Voor bedradingstoepassingen van 100-240 VAC en 24 VDC
wordt een beschermende aardingsverbinding vereist. Het verzuim op een goede aardingsverbinding
aan te sluiten kan in gevaar op schok resulteren en een slechte prestatie leveren wegens
elektromagnetische storingen. Sluit ALTIJD een goede aarding op de aansluitingsklem van de
controller aan.
Installeer het apparaat op een locatie en in een positie waardoor eenvoudige toegang wordt verkregen om het
apparaat en de werking ervan uit te schakelen.
De controller is verkrijgbaar als model voor voeding met 100-240 VAC of met 24 VDC. Volg de juiste
bedradingsinstructies voor het aangeschafte model.
De controller kan op de netvoeding worden aangesloten door middel van een vaste bedrading in een
kabelbuis of door middel van een netsnoer. Onafhankelijk van de gebruikte bedrading wordt de
bedrading met dezelfde aansluitklemmen verbonden. Om aan de plaatselijke elektriciteitscode te
voldoen wordt een plaatselijke loskoppeling vereist en deze moet voor alle types installatie worden
geïdentificeerd. Bij vaste bedrading moeten de huisaansluitingen van de net- en veiligheidsaarde
voor het instrument worden uitgevoerd met een draad van 18 tot 12 AWG. Zorg ervoor dat de isolatie
van de veldbekabeling minimaal tegen 80 °C (176 °F) bestand is.
Opmerkingen:
• De spanningsbarrière moet worden verwijderd, voordat er enige elektrische aansluiting tot stand
wordt gebracht. Breng de spanningsbarrière na het aansluiten opnieuw aan voordat u het deksel
van de controller sluit.
• Er mag een trekontlasting met afdichting en een netsnoer met een lengte van max. 3 meter (10 ft)
met 18-gauge geleiders (inclusief een veiligheidsaarddraad) worden gebruikt om aan de
omgevingsclassificatie NEMA 4X/IP66 te voldoen.
• Controllers kunnen worden besteld met voorgemonteerde AC-netsnoeren. Er kunnen ook extra
netsnoeren worden besteld.
• De DC-voedingsbron die de DC-controller met 24 VDC voedt, moet de spanning tussen de
voorgeschreven spanningsgrenzen van 24 VDC-15% +20% houden. De DC-voedingsbron moet
tevens voldoende bescherming bieden tegen spanningspieken en spanningsverschillen.
Bedradingsprocedure
Volg de hieronder afgebeelde stappen en raadpleeg
voedingsdraden op de controller. Steek elke draad zo ver in de juiste aansluitklem dat de isolatie
tegen de connector zit en er geen draadgedeelte blootligt. Na het aanbrengen voorzichtig
aandrukken, zodat er een goede aansluiting is. Sluit ongebruikte openingen in de controllerbox af
met afdichtpluggen voor de doorvoeropeningen.
Tabel 1 Informatie over de AC-voedingsbedrading (uitsluitend modellen met AC-voeding)
Klem
Beschrijving
1
Warm (L1)
2
Neutraal (N)
—
Aardingsstrip van de veiligheidsaarde (PE)
194 Nederlands
G E V A A R
W A A R S C H U W I N G
L E T O P
Tabel 1
Kleur—Noord-Amerika
Zwart
Wit
Groen
of
Tabel 2
voor het aansluiten van de
Kleur – EU
Bruin
Blauw
Groen met gele streep