nl
NEDERLANDS
losdraaien. Contramoer (14) losdraaien en met
stelschroef (15) de zaagbladhoek corrigeren.
Vervolgens contramoer weer vastdraaien. De
arrêteerschroeven (6) weer vastdraaien.
6.5
Toerental vooraf instellen (KSE 68 Plus)
Met het stelwiel (1) het toerental vooraf instellen.
Aanbevolen toerentallen zie pagina 3.
6.6
Afzuigaansluitstuk / spanenuitwerping
instellen
Het aansluitstuk (13) kan voor het afzuigen of voor
zaagselafvoer in de gewenste positie gedraaid
worden. Hiervoor het aansluitstuk tot de aanslag
inschuiven, verdraaien en weer uittrekken. Het
aansluitstuk kan in trappen van 45° beveiligd tegen
verdraaien vergrendeld worden.
Afzuiging van zaagspanen:
Voor het afzuigen van zaagspanen een geschikt
afzuigapparaat met afzuigslang op de cirkelzaag
aansluiten.
7. Gebruik
7.1
In- en uitschakelen
Inschakelen: Blokkeerknop (11) indrukken en
vasthouden, dan schakelaardrukker (12) bedienen.
Uitschakelen: Schakelaardrukker (12) loslaten.
7.2
Indicatielichtje elektronische signalen
(KSE 68 Plus)
Het indicatielichtje elektronische signalen (2) licht
bij het inschakelen even op en signaleert
paraatheid. Licht het indicatielichtje elektronische
signalen tijdens het werken op, dan wordt een
overbelasting gesignaleerd. De machine ontlasten.
7.3
Werkinstructies
De netkabel zodanig leggen, dat de zaagsnede
ongehinderd uitgevoerd kan worden.
De netkabel kan hiervoor met de kabelgeleiding (3)
vastgehouden worden.
De pijl (20) op de voetplaat is bedoeld als
hulpmiddel bij het aanzetten op het werkstuk en
tijdens het zagen. Bij maximale zaagdiepte
markeert deze ongeveer de buitendiameter van het
zaagblad en zodoende de zaagrand.
Schakel de machine niet in of uit, terwijl het
zaagblad in aanraking is met het werkstuk.
Laat het zaagblad eerst het volle toerental
bereiken voordat u de snede uitvoert.
Bij het aanzetten van de handcirkelzaag wordt de
beweeglijke beschermkap door het werkstuk
teruggedraaid.
KSE 68 Plus: Om het aanzetten op het werkstuk te
vergemakkelijken, kan de bewegende
beschermkap met de hendel (10) met de hand
teruggezwenkt worden.
Tijdens het zagen de machine niet met
draaiend zaagblad uit het materiaal nemen.
Eerst het zaagblad tot stilstand laten komen.
24
Bij blokkeren van het zaagblad de machine
onmiddellijk uitschakelen.
Zagen volgens rechte afgetekende lijn: hiervoor
dient de zaaglijn-aanwijzer (7). De breedte van de
zaaglijn-aanwijzer komt ongeveer overeen met de
breedte van het zaagblad.
De zaaglijn-aanwijzer (7) kan ingesteld worden.
Hiervoor een proefzaagsnede maken. De
bevestigingsschroef van de zaaglijn-aanwijzer
losdraaien. De zaaglijn-aanwijzer volgens de
zaagsnede instellen. De bevestigingsschroef weer
vastdraaien.
Zagen volgens een op het werkstuk bevestigde
lat: Om een nauwkeurige zaagrand te verkrijgen
kan men een lat op het werkstuk aanbrengen en de
handcirkelzaag met de voetplaat (4) langs deze lat
voeren.
Zagen met parallel-aanslag:
Voor zaagsneden parallel aan een rechte rand.
KS 66, KS Partner Edition: De parallel-aanslag (9)
kan vanaf de rechterkant in zijn houder geplaatst
worden. De zaagbreedte rechts van de zaaglijn-
aanwijzer (7) aflezen. Arrêteerschroef (8)
vastdraaien. De nauwkeurige zaagbreedte kan het
beste vastgesteld worden aan de hand van een
proefzaagsnede.
KSE 68 Plus: De tweevoudig geleide parallel-
aanslag (9) kan vanaf beide kanten in zijn houder
geplaatst worden. Bij het instellen letten op
parallelliteit t.o.v. het zaagblad. De zaagbreedte
rechts resp. links van de zaaglijn-aanwijzer (7)
aflezen. Arrêteerschroeven (8) vastdraaien. De
nauwkeurige zaagbreedte kan het beste
vastgesteld worden aan de hand van een
proefzaagsnede.
7.4
Zagen met geleiderail 6.31213
Voor op de millimeter precieze, rechte en splin-
tervrije snijkanten. De antisliplaag zorgt voor een
veilig plaatsen van de geleideplaat op het werkstuk
en beschermt het werkstukoppervlak tegen
krassen. Door aanslagen op de geleiderail kan de
machine bij invalsnedes worden aangelegd en
kunnen zaagsnedes met gelijkblijvende lengte
worden uitgevoerd.
Voor het gebruik moeten de adapterdelen
6.31020 worden aangebracht. Zie het hoofdstuk
Accessoires.
8. Onderhoud
De machine regelmatig schoonmaken. Daarbij de
ventilatiesleuven bij de motor met een stofzuiger
uitzuigen.
Zaagbladwissel
Stekker uit het stopcontact trekken, voordat
enige instelling of
onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd worden.
De asvergrendelingsknop (18) indrukken en
vasthouden. Zaagas langzaam met de in de
zaagblad-bevestigingsschroef (24) geplaatste
ringsleutel draaien, tot de vergrendeling vastklikt.