Basisprocedures voor probleemoplossing
Windows
Indien u geen testpagina kunt afdrukken:
1. Indien uw printer rechtstreeks op uw computer is
aangesloten met een USB-kabel, moet u eerst nagaan
of de kabel goed is bevestigd.
2. Controleer of de printer is ingeschakeld.
De
[Aan-knop] zal wit oplichten.
Controleer of de printer is ingesteld als uw
standaardprinter:
1. Windows 7
: Klik in het menu Start van Windows op
®
Apparaten en printers.
2. Windows Vista
: Klik op de taakbalk van Windows
®
op Start, klik op Configuratiescherm, en vervolgens
op Printers.
3. Windows XP
: Klik op de taakbalk van Windows op
®
Start, klik op Configuratiescherm en klik op Printers
en faxapparaten.
Controleer of uw printer is aangevinkt in het rondje
ernaast. Indien uw printer niet is geselecteerd als de
standaardprinter, klik dan met de rechtermuisknop op het
printerpictogram en kies Als standaardprinter instellen uit
het menu.
Doe het volgende indien u nog steeds niet kunt
afdrukken, of de software-installatie onder Windows
mislukt:
1. Verwijder de cd uit de cd-romschijf van de computer
en koppel vervolgens de USB-kabel los van de
computer.
2. Start de computer opnieuw op.
3. Schakel tijdelijk softwarefirewalls uit en sluit
antivirussoftware. Start deze programma's opnieuw
op nadat de printersoftware is geïnstalleerd.
4. Plaats de software-cd van de printer in de cd/
dvd-eenheid van uw computer en volg de instructies
op het scherm om de printersoftware te installeren.
Sluit de USB-kabel niet aan voor u dit wordt
gevraagd.
5. Als de installatie is voltooid, start u de computer
opnieuw.
Windows XP en Windows Vista zijn in de V.S.
geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation.
Windows 7 is een gedeponeerd handelsmerk of een
handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of andere landen.
Mac
Indien u geen testpagina kunt afdrukken:
1. Indien uw printer met een USB-kabel op uw computer
is aangesloten, moet u ervoor zorgen dat de kabel
goed is bevestigd.
2. Controleer of de printer is ingeschakeld.
De
[Aan-knop] zal wit oplichten.
Controleer de afdrukwachtrij:
1. In Systeemvoorkeuren klikt u op:
• Afdrukken en Faxen (Mac OS X v10.6)
• Afdrukken en Scannen (Mac OS X v10.7)
2. Klik op de knop Afdrukwachtrij openen.
3. Klik op een afdruktaak om deze te selecteren.
4. Gebruik onderstaande knoppen om de afdruktaak te
beheren:
• Verwijderen: De geselecteerde afdruktaak wordt gean-
nuleerd.
• Doorgaan: Een onderbroken afdruktaak wordt hervat.
5. Als u wijzigingen hebt doorgevoerd, probeer dan
opnieuw af te drukken.
Start en terugzetten:
1. Start de computer opnieuw op.
2. De printer terugzetten.
a. Schakel de printer uit en haal de stekker uit het stopcontact.
b. Wacht ongeveer een minuut en sluit het netsnoer
weer aan en schakel de printer in.
Indien u nog steeds niet kunt afdrukken, maak de
installatie van de software dan ongedaan en installeer
de software opnieuw:
Opmerking: wanneer u de installatie van de printer
ongedaan maakt, worden alle HP-softwareonderdelen
verwijderd die specifiek bij het apparaat horen. De
onderdelen die worden gedeeld door andere producten
of programma's worden niet verwijderd.
Ga als volgt te werk om de software te verwijderen:
1. Koppel het HP-apparaat los van de computer.
2. Open de map Toepassingen: Hewlett-Packard.
3. Dubbelklik op HP Uninstaller. Volg de instructies op
het scherm.
Zo installeert u de software:
1. Sluit de USB-kabel aan.
2. Plaats de HP-software-cd in het cd/dvd-station van de
computer.
3. Open de cd op het Bureaublad en dubbelklik vervolgens
op HP Installer.
4. Volg de instructies op het scherm en de gedrukte
installatie-instructies die bij het HP-apparaat zijn
geleverd.
27