Nederlands
LET OP
Als het boorstuk vast komt te zitten in een ijzeren
stang, kan de boorhamer hevi gaan schudden. Zorg
er daarom voor dat beide handgrepen goed worden
vastgehouden zoals aangegeven in Afb. 7.
3. Alleen draaien
Door op de druktoets te drukken en de keuzehendel
naar de markering te draaien, kan deze boorhamer
in de functie voor uitsluitend roteren worden gesteld
(Afb. 8).
Ga als volgt te werk voor het boren in hout of metaal
met behulp van de boorkop en boorkopadaptor (extra
toebehoren).
Bevestigen van de boorkop en boorkopadaptor:
(Afb. 9)
(1) Bevestig de boorkop aan de boorkopadapter.
(2) Het onderdeel van de SDS Plus schacht is hetzelfde
als een boorstuk. Zie daarom het gedeelte „Bevestigen
van het boorstuk" om dit deel te bevestigen.
LET OP
Het is niet nodig met kracht tegen de boorhamer te
drukken. Wordt ditrmatige slij-tage van de punt van
het boorstuk en een kortere levensduur van de
boorhamer.
Bij het terugtrekken van de boor uit het geboorde
gat, is het mogelijk dat het boorstuk breekt. Ga daarom
voorzichting te werk bij het terugtrekken.
Probeer geen ankergaten te boren of gatenin beton
terwijl de machine in de „alleen draaien" functie is.
Probeer de boorhamer niet te gebruiken in de „draaien
en stoten" functie terwijl de boorkop en de
boorkopadaptor zijn bevestigd. Dit zal de levensduur
van de diverse onderdelen van de machine aanzienlijk
verkorten.
4. Drijven van machineschroeven (Afb. 10)
Steek eerst het schroefstuk in de aansluitbus die zich
aan het uiteinde van het kopadaptor (D) bevindt.
Bevestig vervolgens het kopadaptor (D) op het
apparaat zoals beschreven in 4 (1), (2), (3). Plaats de
top van het schroefstuk in de gleuven van de kop van
de schroef. Pak het apparaat stevig beet en draai de
schoef vast.
LET OP
Zorg ervoor dat de schroef niet al te lang wordt
aangedraaid, omdat de schroef beschadigd zou
kunnen worden.
Zet de boorhamer recht op de schroef wanneer deze
wordt aangedraaid; wanneer dit niet gedaan wordt
kan de kop van de schroef beschadigd worden. De
draaikracht kan ook onvoldoende op de schroef
worden overebracht.
Probeer niet de slag-en draaifunktie van de hamerboor
te gebruiken met de boorhuls en boorkop bevestigd.
5. Aandraaien van houtschroeven (Afb. 10)
(1) Kiezen van de juiste boorpunt
Gebruik indien mogelijk altijd een plus-kop schroef
omdat een boorpunt gemakkelijk van een min-kop
schroef afglijdt.
(2) Aandraaien van houtschroeven
Maak een gat in de oppervlakte van het hout voordat
de houtschroef ingedraaid wordt. Zet de punt van de
boor op de kop van de schroef en draai deze langzaam
naar binnen.
Draai de boorhamer eerst langzaam totdat deschroef
gedeeltelijk is ingedreven, en trek dan verder aan de
schakelaar om optimale drijfkracht te verkrijgen.
43
All manuals and user guides at all-guides.com
LET OP
Neem voorzichtigheid in acht bij het maken van een
gat voor de schroef; met de hardheid van het hout
dient rekening gehouden te worden. Als het gat te
klein is, of te ondiep, hetgeen meer drijfkracht vereist,
kan het schroefdraad van de schroef beschadigd
worden.
6. Gebruik van de stopper (Afb. 11)
(1) Draai de knop op de zijhendel los en steek de stopper
in de U-vormige groef van de zijhendel.
(2) Bepaal de positie van de sopper overeenkom-stig de
diepte van het gat en draai de knop stevig vast.
7. Gebruik van het boorstuk (met vernauwde schacht)
en de vernauwde schachtadaptor
(1) Bevestig de vernauwde schachtadaptor aan de
boorhamer (Afb. 12).
(2) Bevestig het boorstuk (met vernauwde schacht) aan
de vernauwde schachtadapter (Afb. 12).
(3) Schakel de boorhamer in en boor een gat van de
gewenste diepte.
(4) Voor het verwijderen van het boorstuk (met
vernauwde schacht) dient de cotter in de gleuf van
de vernauwde schachtadaptor te worden gestoken.
Sla nu op de cotter terwijl de boorhamer wordt
ondersteund (Afb. 13).
GEBRUIK VAN HET KERNSTUK
(VOOR LICHTE BELASTING)
Met behuip van het kernstuk (voor lichte balasting)
kunnen grote kaliber gaten geboord worden. Gebruik
het kernstuk samen met de los verkrygbare en de
kernstukschacht.
1. Monteren
LET OP
Schakel de boorhamer uit en trek de stekker uit het
stopcontact.
(1) Bevestig het kernstuk aan de kernstukschacht
(Afb. 14).
Bedek de schroefdraad van de kernstukschacht
met vet om naderhand het demonteren te
vergemakkelijken.
(2) Bevestig de kernstukschacht aan de boorhamer
(Afb. 15).
(3) Steek de middenpin zo ver mogelijk in het pasplaatje.
(4) Leg het pasplaatje op het kernstuk en draai het links-
of rechtsom zodat het niet uit positie kan raken, zelfs
als het kernstuk naar beneden wordt gericht (Afb. 16).
2. Boren (Afb. 17)
(1) Steek de stekker in het stopcontact.
(2) De middenpin heeft een ingebouwde veer.
Door deze recht en zachtjes tegen een muur of vloer
te drukken maakt de oppervlakte van het kernstuk
contact waarna een gat geboord kan worden.
(3) Als de diepte van het gat ongeveer 5 mm bedraagt,
kan de positie van het gat bepaald worden. Verwijder
hierna de middenpin en het plaatje en boor vervolgens
het gat.
(4) Het is niet nodig met kracht tegen de boorhamer te
drukken. Wordt dit wel gedaan, dan zal dit resulteren
in overmatige slijtage van de punt van het boorstuk
en een kortere levensduur van de boorhamer.
LET OP
Schakel de boorhamer uit en trek de stekker uit het
stopcontact alvorens de middenpin en het plaatje te
verwijderen.