• controle van de lichaamshouding van de patiënt (afb. 4)
• meting van de afstand van de bodemreactiekracht tot verschillende punten, bijv.
gewrichtsassen
Om de lichaamszwaartepuntslijn van een patiënt te kunnen meten, moet deze in frontale of sagit
tale richting met beide benen op de krachtmeetplaat gaan staan.
Om de belastingslijn te kunnen meten, moet de patiënt in frontale of sagittale richting met één
been, bijv. het been dat van een prothese is voorzien, op de krachtmeetplaat gaan staan. Het
andere been zet hij op de hoogtecompensatieplaat (afb. 5 + 6).
Het L.A.S.A.R.apparaat is voorzien van microprocessoren, die geprogrammeerd zijn met de voor
het meten benodigde software.
Met de bedieningseenheid met display kunnen er verschillende functies worden gekozen:
1. meetmodus 2. extra modus
5.1 Bedieningseenheid met display
5.1.1 Meetmodus
Na de zelfkalibratie geeft het display de waarden 0,0 kg en 0 mm aan. Als de krachtmeetplaat
wordt belast, geeft het display de belasting in kg aan. Met functietoets (1) kan de laser naar links
worden verschoven en met functietoets (2) naar rechts (afb. 8). Op het display verschijnt dan de
afwijking van de 0waarde in mm. Zodra de laserpositie buiten het meetgebied komt te liggen,
wordt de laser uitgeschakeld.
Met functietoets (3) kan het verschil tussen de actuele laserpositie en de lichaamszwaartepuntslijn
of de belastingslijn worden ingesteld op 0 mm.
Met de modustoets (4) kan worden omgeschakeld naar de extra modus.
5.1.2 Extra modus
Na het indrukken van de modustoets (4) geeft het display 'Zero', 'LS' en 'Watch' aan.
Als de krachtmeetplaat niet belast is maar het display toch geen 0,0 kg aangeeft, kan het apparaat
met functietoets (1) opnieuw worden gekalibreerd.
Na correctie van de displaywaarde met functietoets (1) keert het apparaat automatisch terug
naar de meetmodus.
Met functietoets (3) kan de functie 'LS' (= laser switch) worden geactiveerd. De laser blijft dan
permanent ingeschakeld.
Als de LSfunctietoets nogmaals wordt ingedrukt, wordt de automatische uitschakelfunctie van
de laser weer geactiveerd.
Na het indrukken van de LSfunctietoets keert het apparaat altijd terug naar de meetmodus.
Als functietoets (2) (= 'watch') wordt ingedrukt, geeft het display ter controle van de werking aan
hoe zwaar de vier geïntegreerde krachtmeetcellen worden belast.
Wanneer de krachtmeetplaat niet is belast, geeft het display voor iedere krachtmeetcel de waar
de 0,00 aan.
Met de modustoets (4) kan weer worden omgeschakeld naar de meetmodus.
5.2 Meten
5.2.1 Lichaamszwaartepuntslijn
Na de zelfkalibratie is het L.A.S.A.R.apparaat klaar voor gebruik.
Om het gewicht van de patiënt te kunnen meten, moet deze met beide benen op de krachtmeet
plaat gaan staan.
26 | Ottobock