5.
VOOR GEAVANCEERD GEBRUIK
5.1
Losse voet
Het is aan te raden om alvorens
met uitlijnen te beginnen de uit te
lijnen machine op een losse voet
te controleren.
'Losse voet' is de aanduiding die
gebruikt wordt als de machine
niet gelijkmatig op alle voeten rust.
Controleer een losse voet als volgt:
1. Draai alle bouten vast.
2. Voer de in paragrafen 3.1 tot
en met 3.6 beschreven
voorbereidende
werkzaamheden uit.
3. Zet de meetunits in de 12-uur-positie.
4. Druk op
5. Druk op
slaan en de 12-uur-positie te bereiken.
6. Druk voor het verkrijgen van de voetwaarden op
7. Draai één van de bouten los en kijk hoe de op de display
weergegeven waarden veranderen.
• Als het verschil minder is dan 0,05 mm (2 mils), wordt de voet goed
ondersteund. Draai de bout vast en ga naar de volgende voet.
• Als het verschil groter is dan 0,05 mm (2 mils), is de voet of de
diagonaal tegenoverliggende voet een losse voet. Draai de bout
vast en ga naar de diagonaal tegenoverliggende voet. Als het
verschil groter is dan de eerder vastgezette voer, dan is dit de
losse voet. Zo niet, draai dan de bout aan en ga terug naar de
eerste diagonaal tegenoverliggende voet. Het is doorgaans de
moeite waard om de ondersteuning van de losse voet te
verbeteren door vulplaatjes toe te voegen. Voeg vulplaatjes toe in
overeenstemming met de grootste gemeten afwijking.
264
om de displaywaarden op nul te zetten.
en
om de meetstappen voor 9 en 3 uur over te
Asuitlijngereedschappen
Afb. 31. Losse voet
A Losse voet
en
.
TMEA 1P/2.5 / TMEA 1PEx