3
Elektronische aanpassing van de
bandsnelheid bij type BS 75 E
De besturings-elektronika maakt een
traploze toepassing van de bandsnel-
heid mogelijk.
Instelling instel-
wiel
1
2
3
4
5
6
Aangezien tal van factoren doorslaggevend
zijn, zoals bijvoorbeeld oppervlak en aard van
het werkstuk, fabrikaat en korrel van de schu-
urband, de vaardigheid waarmee de machine
wordt bediend, dient-alvorens met het schuren
wordt begonnenaan de hand van proeven de
optimale bandsnelheid te worden bepaald. De
in de tabel aangegeven waarden zijn enkel en
alleen advieswaarden.
Werk
Instelling
instelwie
Massief hout
Fineer
Spaanplaa
Kunststof
Staal
Lak verwijde-
ren
Het bandsnelheid kan tijdens het schuren trap-
loos worden veranderd tot de maximale waar-
de; daartoe dient het instelwiel (2.1). Hierbij
dient rekening te worden gehouden met het
feit, dat de machine bij een laag toerental een
geringer rendement oplevert.
Om overbelasting van de machine te voor-ko-
men, moet bij een sterk dalend bandsnelheid
onder het schuren het snelheid worden opge-
voerd door aan het instelwiel te draaien.
4
Gebruik van de machine
De machine vóór het inschakelen optillen. Met
de blokkeerknop (1.2) kan men de schakelaar
(1.3) in de AAN-stand vastzetten.
Alvorens met schuren te beginnen, dient men
na te gaan, of de schuurband goed loopt.
Indien noodzakelijk de schuurband met be-
hulp van de afstelknop (1.4) zó instellen, dat
deze tegen de buitenkant van het schuurvlak
annsluit.
Bandsnelheid (on-
belast)
200 m/min
240 m/min
300 m/min
340 m/min
360 m/min
380 m/min
Korrel
4 - 6
100
3 - 4
120
5 - 6
100
1 - 4
100
2 - 4
80
1 - 3
24
De machine met beide handen rechtstandig op
het te bewerken oppervlak zetten.
Om bij het schuren een goede oppervlakte-
kwaliteit te verkrijgen, geeft het eigengewicht
voldoende schuurdruk.
De naar buiten stromende koellucht kan aan
de hand van de luchtklep (1.1) in de meest
gunstige richting worden afgevoerd.
4.1
Werkzaamheden met het schu-
urraam bij type BS 75 E – Set
Machine door middel van kartelschroef (2.4)
zó instellen, dat de schuurband niet schuurt
als de machine op het te bewerken oppervlak
wordt geplaatst.
Om dit schuren op het schuurvlak te verkrijgen
wordt de kartelschroef in de richting van het
plusteken gedraaid, tot de schuurband gaat
werken.
Afhankelijk van de af te schuren laag blijft men
aan de kartelschroef draaien (1 omdraaiing
komt overeen met een hoogteafstelling van
0,4 mm).
Als het schuren wordt onderbroken of beëin-
digd, wordt de machine d.m.v. excenterhef-
boom uit de werkstand (2.3) in de ruststand
(2.2) omhooggehaald.
Als daarna de excenterhefboom weer in de
werkstand wordt teruggebracht, komt opnieuw
de vooraf ingestelde afschuurhoeveelheid tot
stand.
4.2
Verwijderen van het schuurraam
De kartelschroef (2.4) omlaag drukken tot het
gewricht (2.5) uit de veervastzetting springt
en de machine naar achteren er uit getild kan
worden.
De machine en het schuurframe zijn
reeds in de fabriek op een optimale
nauwkeurigheid afgesteld door ove-
reenkomstige regeling van de gelei-
desteunen. Daarom mogen deze gelei-
desteunen niet worden verwijderd.
4.3
Montage van het schuurraam
Men dient er op te letten, dat de aan het schu-
urraam bevestigde geleidenokken (2.6, 2.8) in
de geleidegroeven van de geleide-steunen voor
en achter (2.7, 2.9) grijpen; machine langs de
geleidegroeven naar beneden bewegen tot het
gewricht (2.5) klikt.
4.4
Vervanging van de schuurband
Hefboom (3.5) naar voren trekken; de schu-
urband is dan ontspannen en kan worden ver-
wijderd.
Bij het aanbrengen van de nieuwe band dient
men er op te letten, dat de pijlrichting aan de
binnenkant van de schuurband overeenstemt
met de pijlrichting, die op de machine is aan-
gegeven (3.4).
Schuurband met behulp van de hefboom
weer spannen en instellen, terwijl de machine
draait.
20