Algemene Gegevens En Waarschuwingen - Micronix 3746-511 Manual De Instrucciones

Tabla de contenido
¾ Fastgør den røde kabelkontakt (+) til batteriets positive
pol og den sorte kabelkontakt (-) til batteriets negative pol.
¾ Sæt stikket i el-udtaget for at påbegynde opladningen.
L
Signallyset "A" lyser hvis kabelkontakterne er forkert
tilsluttede. Ændr tilslutningen.
¾ Opladningen afbrydes ved først at trække stikket ud
fra el-udtaget og derefter løsne kabelkontakterne fra
batteripolerne.
L
Hvis signallysene "B" eller "C" ikke lyser når stikkontakten
sidder i el-udtaget betyder det, at batteriopladeren ikke får
strømforsyning eller at tilslutningen til batteriet er forkert.
Kontroller el-udtag og kabelkontakter.
L
Hvis signallysene "B" og "C" lyser skiftevis i hurtig takt
i længere tid er det muligt, at batteriet ikke er i stand at
modtage opladestrøm (sulfatbelagt element). Hvis lysene
lyser ca. hvert 10.-20. sekund betyder det, at batteriet ikke
er i stand at beholde ladningen (hurtig afladning).
Beskrivelse af opladeprogrammet
Opladning med 14,4 Volt - 0,8 Amp (Mod. 12V)
Opladning med 7,2 Volt - 0,8 Amp (Mod. 6V)
Velegnet til batterier med kapacitet på mellem 1,2 - 35Ah: fx
motorcykler.
Opladningen sker efter en IUoUp cyklus i 3 faser med
automatisk omskiftning. Fig.2
FASE 1
Opladning med max spænding indtil batterispændingen når
over 14,4V (Mod 12V); 7,2V (Mod 6V) (lyssignal "B" lyser).
Under denne fase opnår batteriet ca 80% af sin ladning.
FASE 2
Opladning med konstant spænding indtil en strømstyrke på
0,4A opnås (lyssignal "B" lyser).
Hvis opladningen varer mere end 18 timer går batteriopladeren
over til næste fase for at undgå skader på dårlige batterier.
FASE 3
Ved afsluttet opladning går kontrolfunktionen i gang (lyssignal
"C" lyser). Når batteriet er færdigopladet går batteriopladeren
over til at måle spændingen på batteriet. Hvis spændingen
går under 12,8V (Mod 12V); 6,4V (Mod 6V), skifter opladeren
over til fase 1.
L
Batteriopladeren kan være tilsluttet i flere måneder.
I tilfælde af strømsvigt genoptager den oprindelig
opladning. Den bør dog ikke efterlades uden tilsyn i
længere perioder.
L
Batteriopladeren er ikke i stand at oplade et 12V batteri hvis
det yder en spænding på under 4V (næsten afladet).
L
Batteriopladeren er ikke i stand at oplade et 6 batteri hvis
det yder en spænding på under 2,5V (næsten afladet).
Termisk beskyttelse
Batteriopladeren er forsynet med en termisk sikring som
reducerer opladestrømmen hvis temperaturen stiger i
opladeren.
950609-02 11/09/15
Instructiehandleiding.
Automatische batterijlader
WAARSCHUWINGSLABEL AFB. 3.
Bevestig de bijgeleverde sticker in
uw taal op de acculader voordat u het
gereedschap voor het eerst gebruikt.

Algemene gegevens en waarschuwingen

A
lvorens het laden uit te voeren, nauwkeurig de inhoud van
deze handleiding lezen. De instructies van de batterij lezen en
van het voertuig dat deze gebruikt.
H
et apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8
jaar oud en mensen met beperkte mentale, lichamelijke of
zintuiglijke capaciteiten of met gebrek aan ervaring en kennis,
alleen indien onder toezicht of geïnstrueerd over het veilig
gebruik van het apparaat en na op de hoogte te zijn gebracht
van de mogelijke gevaren. Kinderen mogen niet met het
apparaat spelen.
K
inderen mogen geen reiniging en onderhoud uitvoeren
zonder toezicht.
V
erzekert u zichzelf ervan dat het stopcontact waarop
u de batterijlader aansluit, beschermd is door de
veiligheidsinrichtingen (zekeringen of automatische
schakelaar).
D
e batterijlader niet gebruiken met beschadigde kabels,
als deze slag heeft ondervonden, als deze gevallen is of
als deze beschadigd is.
H
aal de batterijlader niet zelf uit elkaar, maar breng hem
naar een erkend service-centrum.
D
e voedingskabel moet worden vervangen door
gekwalificeerd personeel
OPGELET, EXPLOSIEVE GASSEN!
D
e batterij produceert explosief gas (waterstof) tijdens
de normale werking en in grotere hoeveelheid tijdens het
opladen.
V
oorkomt de vorming van vlammen of vonken.
D
e batterijlader zelf kan vonken creëren. Verzekert u zichzelf
ervan dat de klemmen niet los kunnen raken van de polen
van de batterij.
V
erzekert u zichzelf ervan dat de stekker eruit is, alvorens
de klemmen aan te sluiten of los te koppelen.
E
rvoor zorgen dat de klemmen elkaar niet aanraken.
Z
org voor een passende ventilatie tijdens het laden.
A
ls het type batterij het toelaat, de doppen verwijderen
en het elektrolytniveau controleren. Gedistilleerd water
toevoegen, indien nooszakelijk. Controleren of het niveau
van de elektrolytvloeistof in de batterij 5/10 millimeter hoger
is dan de elementen.
L
aad de batterij met de doppen van de cellen op hun plaats.
Veel batterijen hebben antibranddoppen. Leg een nat stuk
stof op de doppen van de batterijen die niet vuurbestendig
zijn.
L
ees voor de batterijen zonder onderhoud aandachtig de
oplaadinstructies van de fabrikant.
D
e doppen van de batterijen niet openen zonder onderhoud.
S
ommige batterijen zonder onderhoud hebben een
statusindicator. Als wordt aangegeven dat het zuurniveau te
laag is, moet de batterij worden vervangen. Niet proberen
op te laden.
G
een bevroren batterijen laden, omdat deze zouden kunnen
NL
13
Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido