OBJ_BUCH-114-001.book Page 45 Thursday, September 28, 2006 12:42 PM
Om het water op te vangen dat bij nat boren uit het
boorgat komt, hebt u een watervangring en een all-
roundzuiger (beide toebehoren) nodig.
Voor de montage van de watervangring dient u de
gebruiksaanwijzing van de watervangring te lezen en
de daarin vermelde voorschriften op te volgen.
Gebruik
Ingebruikneming
Let op de netspanning! De spanning van de
stroombron moet overeenkomen met de
gegevens op het typeplaatje van het elektri-
sche gereedschap. Met 230 V aangeduide
elektrische gereedschappen kunnen ook met
220 V worden gebruikt.
Raadpleeg voor het begin van de werkzaam-
heden de verantwoordelijke bouwkundige,
architect of bouwopzichter over de geplande
boorgaten. Doorboor wapening alleen met
goedkeuring van een bouwkundige.
Wanneer bij boorgaten wanden of vloeren
worden doorboord, moet u de desbetreffende
ruimten beslist op obstakels controleren.
Sluit de plaats waar wordt gewerkt af en zorg
er met bekisting voor dat de boorkern niet
kan vallen.
Functietest van de aardlekschakelaar
Controleer de werking van de aardlekschakelaar 3 altijd
voor het begin van de werkzaamheden:
•
Druk op de „RESET"-toets van de aardlekschake-
laar. Een rode controle-indicatie geeft aan dat de
aardlekschakelaar actief is.
•
Druk op de „TEST"-toets. De indicatie boven de
„RESET"-toets wordt zwart.
Inschakelen
Druk op de „RESET"-toets van de aardlekschakelaar 3.
Stel de waterkraan 11 op doorstroming. Controleer de
waterstroom op de doorstromingsindicatie 10.
Als u wilt aanboren met half toerental, draait u de
aan/uit-schakelaar 13 in stand 1/2. De schakelaar kan
in deze stand niet worden vergrendeld.
Als u wilt boren, draait u de aan/uit-schakelaar 13 in
stand I.
Uitschakelen
Laat de aan/uit-schakelaar 13 los resp. draai deze in
stand 0.
Draai de waterkraan 11 dicht. Maak na het einde van de
werkzaamheden de kraanaansluiting 2 van de water-
toevoer los. Open de waterkraan 11 en laat het restwa-
ter weglopen.
3 609 929 A54 • 28.9.06
Toerental instellen
Met de toerentalschakelaar 4 kunt u twee toerentalbe-
reiken vooraf instellen.
De beide standen worden voor de volgende boordia-
meters geadviseerd:
Stand 1
82–212 mm
Stand 2
32–132 mm
Tips voor de werkzaamheden
Draai voor het boren de vergrendeling van de aanzet-
kruk 5 los (zie gebruiksaanwijzing van de boorstan-
daard).
Begin te boren met half toerental (aan/uit-schakelaar in
stand 1/2) tot de boorkroon zonder trillingen in het
materiaal draait. Boor met volledig toerental (aan/uit-
schakelaar in stand I) verder.
Stem de aandrukkracht bij het boren af op het materiaal
waarin moet worden geboord. Boor met gelijkmatige
druk. Trek de boorkroon af en toe iets terug uit het
boorgat, zodat het boorslib van de diamantsegmenten
wordt verwijderd.
Overbelast het elektrische gereedschap niet. Bij over-
belasting knippert de controlelamp 12 (zie „Controle-
lamp").
Overbelastingskoppeling
Als de boorkroon vastklemt of vasthaakt, wordt de aan-
drijving van de uitgaande as onderbroken. Schakel in
dit geval het elektrische gereedschap uit en maak de
boorkroon los.
Controlelamp
De controlelamp 12 knippert:
Het
elektrische
werkt in het overbelastingsbereik.
Verminder
Schakel het elektrische gereed-
schap indien nodig uit en slijp de
boorkroon.
Als de druk op het gereedschap niet wordt verminderd,
verlaagt de electronic het toerental, eventueel tot aan
stilstand. Na de ontlasting begint het elektrische gereed-
schap automatisch weer te lopen.
De controlelamp 12 brandt con-
tinu:
De koolborstels moeten worden
vervangen.
De Bosch-klantenservice voert
deze werkzaamheden snel en vak-
kundig uit.
gereedschap
de
aandrukkracht.
Nederlands | 45