Omvormer monteren
8
Omvormer monteren
8.1
Benodigd gereedschap
Voor de elektrische aansluiting heeft u de volgende hulpmiddelen nodig:
krimptang
3 flexibele aansluitkabels in verschillende kleuren. De vereiste diameter
kunt u vinden in de tabel in het hoofdstuk „Omvormer aansluiten" op
pagina 141.
Kabelschoenen en adereindhulzen
Voor de bevestiging van de omvormer heeft u de volgende hulpmiddelen no-
dig:
machineschroeven (M4) met onderlegschijven en zelfborgende moeren
of
plaat- resp. houtschroeven.
8.2
Montage-instructies
Neem bij de keuze van de montageplaats de onderstaande instructies in
acht.
De omvormer kan horizontaal en verticaal worden gemonteerd.
De omvormer moet op een plaats worden ingebouwd die beschermd is te-
gen vocht.
De omvormer mag niet in omgevingen met ontvlambare materialen wor-
den ingebouwd.
De omvormer mag niet in stoffige omgevingen worden ingebouwd.
De montageplaats moet goed geventileerd zijn. Bij installaties in gesloten,
kleine ruimtes moet er ventilatie mogelijk zijn. De vrije minimumafstand
om de omvormer moet minimaal 25 cm bedragen (afb. 3, pag. 3).
De luchtinlaat aan de onderkant resp. de luchtuitlaat aan de achterkant
van de omvormer moeten vrij blijven.
Bij omgevingstemperaturen boven 40 °C (bijv. in motor- of verwarmings-
ruimtes, directe zonnestraling), kan door de zelfverwarming van de om-
vormer bij belasting een automatische uitschakeling optreden.
140
SinePower
NL