∫ Gebruiksbereik
Gebruik dit apparaat binnen een obstakelvrij bereik van 10 m. Het
gebruiksbereik of de omtrek kunnen korter zijn, afhankelijk van obstakels,
apparatuur die interferentie veroorzaakt, andere mensen in het vertrek, of de
conformatie van het gebouw. Houd er rekening mee dat het hiervoor vermelde
bereik niet gegarandeerd wordt.
∫ Invloed van andere toestellen
≥ Het is mogelijk dat dit apparaat niet correct werkt, of dat u andere effecten
van instabiliteit constateert, zoals "onderbroken" audio, enz., als andere
toestellen vlakbij dit apparaat geplaatst worden. Om signaalinterferentie te
voorkomen, wordt dan ook geadviseerd om dit apparaat tijdens het gebruik
van de volgende toestellen gescheiden te houden:
Magnetronoven/Draadloze LAN/Elektronische apparaten/Audio- en
videoapparatuur/Machines en apparaten die op kantoor gebruikt worden/
Digitale draadloze telefoons/Faxmachines, enz.
≥ Als u vlakbij een radiostation woont en het signaal te sterk is, kan het zijn dat
dit apparaat niet correct werkt.
≥ Als u een draagbare PC met een draadloze LAN-zender gebruikt, gebruik dit
apparaat en de draadloze LAN dan niet gelijktijdig.
≥ Als u nog steeds buiten het bereik van 5 m van een draadloos LAN-apparaat
ruis constateert, schakel de stroom van de draadloze LAN dan uit.
∫ Beoogde gebruiksbeperkingen
Dit apparaat is bedoeld voor normaal, algemeen gebruik. Dit
apparaat is niet ontwikkeld of geproduceerd met de intentie
gebruikt te worden in een omgeving of een beroep waar "hoge
veiligheid"
of gevaar een rol speelt. Gebruik dit apparaat niet in
§
deze omgevingen of voor deze beroepen.
De volgende voorbeelden vereisen bijzondere voorzichtigheid en kunnen
§
direct de dood of ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
bijv.) Nucleaire engineering en besturing van nucleaire reacties/
geautomatiseerde besturing van vliegtuigen/beheer van het luchtverkeer/
controle van de verplaatsing van zware vrachtsystemen/controle van reanimatie
of uitgebreide systemen/controle van bewapeningssystemen en/of
lanceersystemen van raketten, enz.
Bluetooth
pairen
®
Voorbereiding
Pair het Bluetooth
toestel met dit apparaat om een
®
audioverbinding tot stand te brengen.
1
Druk herhaaldelijk op [ , iPod] om
"BLUETOOTH" te selecteren.
Bij het allereerste gebruik zal het apparaat de pair-modus
automatisch uitvoeren.
2
Terwijl dit apparaat op de pair-modus staat,
gaat u het Bluetooth
toestel binnen en voert u Bluetooth
om dit apparaat (SC-HC55) op te zoeken.
≥ Raadpleeg de handleiding van het Bluetooth
meer instructies over het aansluiten van een Bluetooth
toestel.
≥ Als u om het password gevraagd wordt, voer dan "0000".
3
Als het pairen succes heeft, zal de naam van
het gepairde toestel gedurende 2 seconden
worden weergegeven. Het Bluetooth
zal branden. Het apparaat is nu gereed om met
het Bluetooth
toestel gebruikt te worden.
®
≥ Controleer of het Bluetooth
®
toestel A2DP (Advance Audio Distribution
Profile) ondersteunt.
≥ Dit apparaat ondersteunt de A2DP-ontvangst die met de SCMS-T-methode
auteursrechtelijk beveiligd is.
≥ A2DP stelt u in staat om het stereogeluid afkomstig van een audiobron
(mobiele telefoon, PC of laptop) via Bluetooth
≥ Afhankelijk van de specificaties of de instelling van de mobiele telefoons, kan
het zijn dat de verbinding niet tot stand gebracht wordt, of dat de werking en
de weergave anders zijn.
≥ U kunt tot 6 toestellen in dit apparaat registreren. Koppel de huidige
Bluetooth
®
-inrichting los en raadpleeg "Registreren van meer toestellen"
(
68).
≥ Als u meer dan het maximumaantal toestellen registreert, zal over het oudste
toestel in de verbindingshistorie heen geschreven worden.
≥ Als een geregistreerd toestel opnieuw geregistreerd wordt, zal eroverheen
geschreven worden.
menu van het Bluetooth
®
zoeken uit
®
®
toestel voor
lampje
®
®
naar dit apparaat te streamen.
Basis afspelen
Pair het Bluetooth
toestel met dit apparaat om een
®
audioverbinding tot stand te brengen.
1
Druk herhaaldelijk op [ , iPod] om
"BLUETOOTH" te selecteren.
2
Op de Bluetooth
-inrichting:
®
Selecteer dit apparaat (SC-HC55) op het
set-upscherm van de Bluetooth
verbinding te maken.
3
Op de Bluetooth
-inrichting:
®
Start het afspelen van een muziekbron.
≥ Als het toestel aangesloten is, zal de muziek uit dit apparaat klinken.
≥ Het Bluetooth
®
lampje brandt als er verbinding is.
≥ Raadpleeg zonodig de handleiding van het Bluetooth
4
U kunt met de afstandsbediening ook de
volgende handelingen verrichten.
Afspelen
Druk op [1/;] om het afspelen te starten.
Stoppen
Druk op [∫].
Pauzeren
Druk op [1/;]. Druk opnieuw om het
afspelen te hervatten.
Track overslaan Druk opnieuw op [:] of [9].
Weergeven van
Druk herhaaldelijk op [DISPLAY].
informatie
≥ Om deze functies te gebruiken, moet het Bluetooth
Video Remote Control Profile) ondersteunen.
≥ Dit apparaat kan geen gegevens naar een Bluetooth
≥ Als u de iPod/iPhone door middel van Bluetooth
afspeelt, kan een intermitterend geluid gehoord worden als u het Bluetooth
menuscherm van de iPod/iPhone Bluetooth
Bluetooth
®
registratie en verbinding tot stand brengt. Als dat gebeurt, verlaat
dan het Bluetooth
menuscherm van de iPod/iPhone.
®
≥ Als u muziek via de Bluetooth
iPod/iPhone is aangesloten op het iPod/iPhone dock van dit apparaat, dan
wordt de audio niet gereproduceerd als "BLUETOOTH" geselecteerd is.
Selecteer "IPOD" om te blijven genieten van de muziek.
®
Ingangsniveau
U kunt het ingangsniveau van het geluid van het Bluetooth
toestel selecteren.
®
1
Druk herhaaldelijk op [ , iPod] om
"BLUETOOTH" te selecteren.
2
Druk herhaaldelijk op [SOUND] om "INPUT
LEVEL" te selecteren.
3
Druk op [2, 1] om "0", "i1" of "i2" te
selecteren.
≥ Selecteer "0" als het geluid vervormd is.
Weergavefunctie
Druk herhaaldelijk op [DISPLAY] om de informatie
van het toestel te zien dat op dat moment
aangesloten is.
BLUETOOTH ---------------------# Naam aangesloten toestel
^-------------------------- Aangesloten profielen(---------------------}
om de
®
toestel.
®
®
toestel AVRCP (Audio
toestel zenden.
®
op het hoofdapparaat
®
®
actief laat, of als u een
verbinding van de iPod/iPhone afspeelt en de
®
®
®
67