NL
5 Montage
De camera kan op de wand of aan het plafond gemonteerd
worden met een montageklem voor camera's (bijvoorbeeld
de serie TVH-... van MONACOR).
Hiervoor bevinden er zich
ven- en onderzijde van de camera. Om de camera met een
afstandsbediening te laten bewegen, kunt u een camera-rotor
gebruiken, bv. de TV-500 PT/24V van MONACOR.
Voor montage buiten moet de camera in een wa-
terdichte behuizing geplaatst worden, bv. de TVG-300 van
MONACOR.
6 Aansluitingen
6.1 Camera-uitgang
Verbind de uitgangsjack VIDEO OUT (7) via een RF-kabel
van 75 Ω (bv. de VEC-62/10 van MONACOR) met één of
meer monitors. Zorg voor een correcte 75 Ω-afsluiting op de
monitor of, met meerdere monitors in serie, op de laatste mo-
nitor. Met een kabellengte van meer dan 100 m moet een vi-
deoversterker tussen de camera en de lange kabel geplaatst
worden om de kabelverliezen te compenseren.
Bij gebruik van verschillende camera's, moet een video-
switcher of een video-splitter tussen de camera en de monitor
geplaatst worden.
6.2 Externe synchronisatie
Voor uitgebreide monitorsystemen is het aan te raden alle ca-
mera's met elkaar te synchroniseren. Hierdoor verkrijgt u een
stabiele weergave bij het omschakelen van de ene naar de
andere camera, zodat het beeld niet over het scherm loopt.
Zorg daarom voor een synchronisatiesignaal (0,5 V tot TTL-
niveau) aan de jack EXT-SYNC (9).
Bij kleinere systemen wordt de EXT-SYNC (9) niet ge-
bruikt. In dat geval wordt de camera gevoed door een geïnte-
greerde sync-oscillator.
26
1
/
"-montagefittings aan de bo-
4