MONACOR geplaatst te worden. Om de camera via
een afstandsbediening te laten bewegen, kunt u een
camerarotor gebruiken, bv. de VPT-69 van MONACOR.
6 De cameramodule aansluiten
1) Verbind de uitgangsjack VIDEO OUT (5) via een
75 Ω-kabel zoals de VEC-62/10 van MONACOR
met een monitor. Zorg hierbij voor een correcte
75 Ω-afsluiting op de monitor of, met verschillende
monitoren in serie, op de laatste monitor. Bij een
kabellengte van meer dan 100 m dient tussen de
camera en de kabel een videoversterker gescha-
keld te worden, om de kabelverliezen te compen-
seren
Plaats bij gebruik van meerdere camera een
video-splitter, bv. TVSP-410 van MONACOR, of
van een camera-omschakelaar, bv. TVS-410/-810
van MONACOR, tussen de cameras en de monitor.
2) Sluit als voedingseenheid een elektronisch gesta-
biliseerde 12 V-voeding aan op de jack DC +12V
(7) (bv. PS-12CCD van MONACOR). Verbind het
centrumcontact met de positieve pool. Het stroom-
verbruik bedraagt 200 mA. Voor de verbinding met
de voeding is een laagspanningsstekker 5,5/
2,1 mm (buiten-/binnendiameter) nodig.
7 Werking
1) Na aansluiting van de 12 V-voedingsspanning is
de camera klaar voor gebruik.
2) Regel de afstand van de lens bij. Lenzen met een
manueel instelbare iris dienen ingesteld te worden
tot u een optimale beeldweergave (scherptediep-
te, helderheid, minimale beeldruis).
3) Wanneer bij een correcte instelling van de afstand
de beeldweergave niet scherp is, moet de mechani-
sche focusinstelling van de lens gecorrigeerd wor-
NL
B
27