3BA00081-01 Rev. 4
2019-05-21
•
5. Zasada działania
Gdy grot lutownicy osiągnie temperaturę otocze-
nia, należy top potwierdzić wciśnięciem przyci-
sku „T1". Następnie nacisnąć przycisk „T2". Na
wyświetlaczu pojawi się „CAL 350".
Następnie urządzenie RDS 80 zacznie roz-
grzewać lutownicę do 350 °C. Przed pomiarem
temperatury należy poczekać ok. 3 minuty, aby
temperatura do grocie ustabilizowała się.
Jeśli występuje różnica między wskazaniem
termometru a wskazaniem na wyświetlaczu
stacji elektronicznej, można ją teraz skorygować
za pomocą przycisków „+" i „−". Temperaturę
grotu lutownicy należy dostosować stopniowo
w stacji elektronicznej za pomocą przycisków
„+" i „−" (wyświetlacz stacji elektronicznej powi-
nien pozostać na około 350 °C) tak, aby miernik
wskazywał temperaturę grotu 350 °C. Jeśli ter-
mometr wskazuje np. 360 °C, należy naciskać
stopniowo przycisk „+" stacji elektronicznej.
Gdy termometr wskazuje np. 340 °C, należy
naciskać przycisk „−".
Gdy oba wskazania są zgodne, należy nacisnąć
przycisk „T3", aby zakończyć kalibrację. Nowe
dane kalibracyjne zostaną zapisane w pamięci
nieulotnej urządzenia RDS 80.
157
Beschrijving van de
werking
Zodra de soldeerstift de kamertemperatuur heeft
bereikt, moet dit bevestigd worden door de toets
T1 in te drukken. Daarna de toets T2 indrukken.
Op het display verschijnt „CAL 350".
De RDS 80 begint nu de soldeerbout te verwar-
men naar 350 °C. Voor de temperatuurmeting
ca. 3 min. wachten, tot de temperatuur aan de
soldeerstift bereikt is.
Als er tussen de weergave van de temperatuur-
meter en de weergave op het display van het
elektronicastation een verschil is, dan kan dit
met behulp van de toetsen „+" en „−" gecorri-
geerd worden. De temperatuur van de soldeer-
stift moet op het elektronicastation met behulp
van de toetsen „+" en „−" stapsgewijs worden
aangepast (waarbij het display van het elektro-
nicastation nagenoeg op 350 °C blijft staan),
tot de soldeerstifttemperatuur op de meter 350
°C toont. Als de temperatuurmeter bijv. 360
°C aangeeft, dan moet de toets „+" op het
elektronicastation
stapsgewijs
worden. Geeft deze bijv. 340 ºC aan dan moet
de toets „−" worden ingedrukt.
Als beide weergaven overeenkomen dan moet
de toets T3 worden ingedrukt, waarmee de kali-
breerprocedure wordt afgesloten. De nieuwe
kalibreergegevens worden in het niet-vluchtige
geheugen van de RDS 80 opgeslagen.
ingedrukt
Capítulos
