LET OP:
• Stel de instelknop altijd in op het symbool van de juiste
stand voor uw klus. Als u het gereedschap bedient met
de instelknop ingesteld tussen twee
werkingsfunctiesymbolen in, kan het gereedschap
worden beschadigd.
Het draaikoppel instellen (zie afb. 8)
Het draaikoppel kan in 16 stappen worden ingesteld door
de instelring te draaien zodat de gewenste stand op de
schaalverdeling is uitgelijnd met de pijlpunt op de
behuizing van het gereedschap. Het draaikoppel is
minimaal wanneer stand 1 is uitgelijnd met de pijlpunt, en
maximaal wanneer het symbool is uitgelijnd met de
pijlpunt.
Bepaal het juiste draaikoppelniveau door bij wijze van
proef een schroef in het materiaal of een stuk
gelijkwaardig materiaal te draaien, alvorens het
gereedschap voor de daadwerkelijke klus te gebruiken.
ONDERDELEN AANBRENGEN/
VERWIJDEREN
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu is verwijderd alvorens enige
werkzaamheden aan het gereedschap te verrichten.
De zijhandgreep aanbrengen (extra
handgreep) (zie afb. 9)
Gebruik altijd de zijhandgreep om veilig te kunnen
werken.
Plaats de stalen klemband van de zijhandgreep zodanig
over de kop van het gereedschap dat de uitsteeksels op
de basis van de zijhandgreep in de groeven van het
gereedschap passen. Draai daarna de zijhandgreep vast
door deze rechtsom te draaien.
Het schroefbit of boorbit aanbrengen en
verwijderen (zie afb. 10)
Draai de mof linksom om de klauwen in de spankop te
openen. Steek het bit zo ver mogelijk in de spankop.
Draai de mof rechtsom om de spankop te sluiten.
Om het bit te verwijderen, draait u de mof linksom.
De bithouder aanbrengen (zie afb. 11)
Pas de bithouder in de uitsparingen op de linker- of
rechterzijkant van de voet van het gereedschap en zet
deze vast met een schroef.
Wanneer u een bit niet gebruikt, klemt u deze in de
bithouder. U kunt hierin bits van 45 mm lengte bewaren.
Instelbare dieptegeleider (zie afb. 12)
De instelbare dieptegeleider wordt gebruikt om gaten te
boren van dezelfde diepte. Draai de klemschroef los, stel
de dieptegeleider in op de gewenste boordiepte en draai
de klemschroef weer vast.
Haak (zie afb. 13)
De haak is handig om het gereedschap tijdelijk aan op te
hangen. De haak kan aan beide kanten van het
gereedschap worden bevestigd.
U bevestigt de haak door deze in een groef in de
behuizing van het gereedschap te steken en vast te
32
zetten met een schroef. Om de haak te verwijderen, draait
u de schroef los en haalt u de haak van het gereedschap
af.
BEDIENING
Gebruik als klopboor
LET OP:
• Op het moment dat het boorgat doorbreekt, het
boorgat verstopt raakt met schilfertjes of
metaaldeeltjes, of de klopboor de bewapening in het
steen raakt, wordt een plotselinge en enorme
torsiekracht uitgeoefend op het gereedschap/de boor.
Gebruik altijd de zijhandgreep (extra handgreep) en
houd het gereedschap tijdens gebruik stevig vast aan
zowel de zijhandgreep als het handvat met de aan/uit-
schakelaar. Als u dit niet doet, kan u de controle over
het gereedschap verliezen en mogelijk ernstig letsel
veroorzaken.
Verschuif eerst de werkingsfunctie-instelknop naar de
stand met het symbool
werkingsfunctie worden ingesteld op ieder
draaikoppelniveau.
Zorg ervoor dat u een bit met een hardmetalen punt
gebruikt. Plaats het bit op het punt waar u wilt boren en
knijp de aan/uit-schakelaar in. Duw niet te hard tegen het
gereedschap. U verkrijgt het beste resultaat door licht te
duwen. Houd het gereedschap op zijn plaats en voorkom
dat het tijdens het boren wegglijdt.
Duw niet harder tegen het gereedschap wanneer het
boorgat verstopt raakt met steentjes of gruis. Laat
daarentegen het gereedschap langzaam draaien en haal
het bit gedeeltelijk uit het boorgat. Door deze handeling
meerder malen te herhalen, wordt het boorgat
leeggehaald en kan het normaal boren worden hervat.
Luchtblazer (los verkrijgbaar)
Gebruik na het boren de luchtblazer om het stof uit het
boorgat te blazen.
Gebruik als schroevendraaier (zie afb. 14)
Verschuif eerst de werkingsfunctie-instelknop naar de
stand met het symbool
draaikoppelniveau voor uw klus. Ga daarna als volgt te
werk.
Plaats de punt van het schroefbit in de schroefkop en
oefen druk uit op het gereedschap. Start het gereedschap
op lage snelheid en voer vervolgens de snelheid
geleidelijk op. Laat de aan/uit-schakelaar los zodra de
koppeling begint te slippen.
OPMERKING:
• Zorg ervoor dat het schroefbit recht op de schroefkop
staat omdat anders de schroef en/of het bit kunnen
worden beschadigd.
• Bij het schroeven van houtschroeven moet u de
boorgaten voorboren om het schroeven te
vergemakkelijken en te voorkomen dat het werkstuk
splijt. Zie de tabel.
. De instelring kan bij deze
. Stel de instelring in op het juiste