Opslaan/oproepen van instellingen
in/uit het geheugen
U kunt een vaak gebruikte stand
of combinatie van instellingen
opslaan in het geheugen onder
[MR1] of [MR2].
Opslaan
1
Druk op de MENU-
knop en selecteer
[MEMORY].
2
Selecteer [MR1] of
[MR2].
50
NL
Oproepen
1
Druk op de Fn
(functie)-knop en
selecteer het item voor
het oproepen van het
geheugen.
2
Selecteer [MR1]
of [MR2] met het
besturingswiel.
• U kunt het geheugen
oproepen, de instelling
veranderen en dan
opnieuw opslaan met
[MEMORY].
• Als u de opgeslagen
geheugeninstelling niet
wilt gebruiken, selecteert
u [OFF].
• Wanneer er een
geheugeninstelling is
opgeroepen, is [RESET] op
het MENU-instelscherm
uitgeschakeld.