Alle werkzaamheden van gewoon of buitengewoon onderhoud mogen uitsluitend door vakkundig
personeel worden verricht, na het systeem van het elektriciteitsnet te hebben afgekoppeld.
Indien het nodig mocht zijn om werkzaamheden te verrichten binnen het werkingsgebied van het
systeem (bijv. ramen lappen, stof verwijderen, enz.), moet activering van de bedieningselementen van het
systeem volstrekt verhinderd worden of moet het systeem van het elektriciteitsnet afgekoppeld worden.
De eventuele vervanging van onderdelen moet met originele onderdelen gebeuren, en elk type
aanpassing of eigenhandige reparatie moet vermeden worden. In tegengesteld geval acht Mottura zich van
elke aansprakelijkheid ontheven voor schade/letsel aan zaken/personen voortvloeiend uit de hierboven
vermelde werkzaamheden.
Laat
kinderen
bedieningssystemen buiten hun bereik.
Voer periodieke controles uit om de toestand van de mechanische en elektrische onderdelen na te
kijken. Tref geschikte maatregelen om het gebruik van het systeem te voorkomen als dit in afwachting van
onderhoud is.
Controleer de beweging van het systeem tijdens het normale gebruik. Voorkom dat mensen het
werkingsgebied van het systeem naderen zolang het systeem niet volledig gestopt is.
In de bijlagen "B" - "C" zijn de aanwijzingen voor de correcte montage en bevestiging van het
buismotor art. 1805M28 vermeld.
In de bijlagen "D" - "E" - "F" zijn de aanwijzingen voor de correcte aansluiting van het buismotor
art. 1805M28.
Voor de correcte werking van de buismotor art. 1805M28 moet hij gevoed worden met een
regeleenheid of een RF-ontvanger die 24 V gelijkstroom levert.
Opmerking: het is niet mogelijk om twee of meer buismotor art. 1805M28 op dezelfde drukknop,
regeleenheid of RF-ontvanger.
De fabrieksinstelling van de motorgroep van het buismotor art. 1805M28 is zodanig dat een bepaalde
slagwaarde sowieso is voorzien.
De motor is voorzien van twee eindschakelaars, een voor de "BOVENSTE" aanslag en de ander voor
de "ONDERSTE" aanslag (zie bijlage "G"). Beide eindschakelaars zijn in de kop van de motor geplaatst en
zijn voorzien van schroeven waarmee ze versteld kunnen worden m.b.v. de bijgeleverde sleutel. Naast de
schroef van elke eindschakelaar is een pijl aanwezig die de draairichting aangeeft die door de
eindschakelaar wordt gecontroleerd.
Afhankelijk van hoe de motor in het systeem wordt geplaatst, nemen de eindschakelaars een andere
betekenis aan. Een foutieve interpretatie van de betekenis van de eindschakelaar kan beschadiging van het
systeem veroorzaken.
22
niet
spelen
met
Montage en installatie
Elektrische aansluitingen
Men adviseert om de aansluiting van de motor op het elektriciteitsnet, op de
bedieningsinrichtingen en op eventuele externe eenheden uitsluitend door vakkundig
personeel te laten uitvoeren.
Het is verboden aan de motor te zitten terwijl deze gevoed is. Vóór elke
werkzaamheid moet het systeem van het elektriciteitsnet worden afgekoppeld zodat
het tijdens de duur van de werkzaamheden geïsoleerd is.
Instelling van de eindschakelaars
Tijdens de handmatige instelprocedure van de eindschakelaars is het toerental
van de motor gelijk aan de nominale waarde.
Moet goed gelet worden op de positie die het systeem bereikt.
Eventuele horten of stoten kunnen het systeem onherstelbaar beschadigen.
Controleer regelmatig of de eindschakelaars van het systeem overeenkomen
met de gewenst stopposities en geen wijzigingen hebben ondergaan.
de
bedieningssystemen
Veiligheidsvoorschriften
2
van
het
gordijn.
Houd
deze