► Schakel het apparaat na gebruik uit. Zo vermijdt u onnodig energieverbruik en zorgt u
voor uw eigen veiligheid.
► Als u het apparaat langere tijd niet gebruikt, raden wij aan de stekker uit het stopcontact
te trekken.
45.4 Gebruik van het apparaat
45.4.1
Inschakelen
Stekker in een geschikt stopcontact steken.
. Als de temperatuur van de oppervlakte onder de 50°C ligt, geeft de display „L" aan, als
de temperatuur van de oppervlakte boven de 50°C ligt, geeft de display „H" aan. Een
akoestisch signaal weerklinkt. Het apparaat bevindt zich nu in de stand-by stand.
Geschikt kookgerei met te bereiden voedsel in het midden van de kookzone plaatsen(Ø
120 mm - 280 mm).
Om de inductiekookplaat in te schakelen drukt u nu op knop „On/Standby".
45.4.2
Vermogens
Drukt u vervolgens op toets 5 (Level). Die voorgeselecteerde kookstand „8" wordt
uitgekozen en het apparaat schakelt in.
Met de keuzetoetsen + / - kunt u de instelling van 1-12 veranderen.
Tip
► Bij het koken raden wij u aan, net als bij het traditionele fornuis, de vermogensstanden
1- 12 te gebruiken.
45.4.3
Temperatuur
Bij het instellen van de temperatuur drukt u op Functietoets 6 (Temp), net zo lang tot de
temperatuur 120°C knippert.
Drukt u op de keuzetoetsen + / - de instelling tussen 60 – 240°C wijzigen.
(Temperatuurniveaus: in stappen van 10 °C).
De temperatuur wordt door een voeler onder de glaskeramische plaat gemeten.
Hierdoor kan de getoonde temperatuur afwijken van de temperatuur in de pan.
Verschillend kookgerei kan leiden tot verschillende meetresultaten.
► U kunt door op toets 5 (Level) te drukken omschakelen naar de vermogensmodus.
► U kunt alternatief de functies Vermogen (Level), temperatuur (Temp) of de functie
Warm houden (Keep Warm) kiezen.De laatst gekozen instelling is actief.
► Aangezien bij braden met zeer weinig vet de temperatuur van de panbodem zeer snel
oploopt en de grenswaarde van 260°C snel wordt bereikt, schakelt u bij braden om op
de functie "temperatuur". Hier ligt de hoogste temperatuur bij 240°C.
TIP
Tip
98