schroeven (RTS 2) vast te draaien.
Installatie
1. Plaats de externe temperatuursensor op de gewenste plaats door
hem met het ophangoog (RTS 1) aan een schroef te hangen (schroef
niet inbegrepen). Het toestel kan ook op een vlakke, horizontale
ondergrond worden gezet.
2. Het toestel kan zowel binnenshuis als buitenshuis worden geplaatst.
Het toestel is weerbestendig. Dompel het toestel niet onder in water.
Stel het toestel niet gedurende langere perioden bloot aan water.
Vermijd ophoping van sneeuw of water op het toestel. Vermijd de
blootstelling van het toestel aan direct zonlicht. Haal het toestel naar
binnen als er zich buiten extreme of zeer slechte
weersomstandigheden voordoen, zoals, maar niet beperkt tot, tijdens
het orkaan, tyfoon- en cycloonseizoen. Zet het toestel niet op een
plaats met zware wind.
3. Plaats de externe temperatuursensor niet meer dan 30 meter (98 voet)
van het ontvangende weerstation. De externe temperatuursensor is
het meest effectief als er zich geen belemmeringen en interferentie
bevindt tussen de externe temperatuursensor en het weerstation. Het
kan nodig zijn dat de externe temperatuursensor dichterbij moet zien
dan 30 meter als het weerstation geen enkel signaal kan ontvangen.
Dit komt door belemmeringen en interferentie. Het kan nodig zijn dat
de gebruiker experimenteert met verschillende locaties om de beste
ontvangst te krijgen.
Configuratie van het weerstation voor het ontvangen van externe
temperatuursignalen.
1. Volg bovenstaande aanwijzingen om de externe temperatuursensor te
installeren.
2. Houd de "CHANNEL" toets (6) op het weerstation gedurende 3
seconden ingedrukt.
temperaturen herinstellen.
3. Het weerstation begint te zoeken naar een signaal voor kanaal 1.
Zodra er een signaal voor kanaal 1 wordt ontvangen, wordt de
temperatuur weergegeven. Het weerstation zoekt automatisch voor de
ander kanalen. Het scant ieder kanaal gedurende ongeveer
3 seconden voordat naar het volgende kanaal wordt gesprongen.
4. Druk zodra alle kanalen worden ontvangen eenmaal de CHANNEL
toets (6) om het kanaal te bevestigen.
weergegeven.
5. Het weerstation ontvangt automatisch iedere 30 seconden een nieuw
signaal om de externe temperatuur bij te werken.
6. Druk de CHANNEL toets (6) op het weerstation herhaaldelijk om te
wisselen tussen kanaal 1, kanaal 2 en kanaal 3.
7.
wordt weergegeven als de batterij van één van de externe
knippert. Dit zal alle vastgelegde
wordt niet langer