3.
Houd met behulp van de klem van de beugel
(Afbeelding
F 6
balk, een raster in het plafond of een paal.
• U kunt, zo nodig, de klem draaien zodat deze
in de juiste hoek staat voor het bevestigen
van een object. Draai, terwijl u de arm van de
beugel met één hand vasthoudt, de klem met
uw andere hand (Afbeelding
• Plaats de klem van de beugel rond de balk, op
het raster in het plafond of aan de paal.
• Draai de knop van de klem
NL
(Afbeelding
stevig rond het object zit en de beugel op z'n
plaats wordt gehouden.
Andere accessoires gebruiken
WAARSCHUWING:
Accessoires die niet worden aangeboden
door STANLEY zijn niet met deze laser
getest, en daarom kan het gebruik van
dergelijke accessoires met deze laser
gevaarlijk zijn.
Gebruik alleen STANLEY
voor gebruik met dit model worden aanbevolen.
Accessoires die misschien geschikt zijn voor de
ene laser, kunnen gevaarlijk zijn wanneer ze op een
andere laser worden gebruikt.
De laser is voorzien van een 1/4-20 interne
schroefdraad aan de onderzijde, zijde en achterzijde
(Afbeelding
) voor toepassing van op dit moment
C
verkrijgbare of toekomstige STANLEY
Andere accessoires die worden aanbevolen
voor gebruik met deze laser zijn tegen meerprijs
verkrijgbaar bij uw leverancier ter plaatse of bij een
officieel servicecentrum. Heeft u hulp nodig bij het
vinden van een accessoire, neem dan contact op met
het STANLEY-servicecentrum bij u in de buurt of ga
naar onze website: http://www.STANLEY.com.
60
) de laser op z'n plaats op een
).
F 7
) naar rechts tot de klem
F 8
-accessoires die
®
-accessoires.
®
Onderhoud
• Wanneer u de laser niet meer gebruikt, maak
dan de externe onderdelen ervan schoon met
een vochtige doek, veeg het apparaat droog met
een droge doek en berg het vervolgens op in de
meegeleverde gereedschapsdoos.
• De externe onderdelen van de laser zijn wel
bestand tegen oplosmiddelen, maar u mag de laser
NOOIT met dergelijke middelen schoonmaken.
• Berg het laserapparaat niet op bij temperaturen
lager dan -20˚C (-5 ˚F) of hoger dan 60 ˚C (140 ˚F).
• Zorg ervoor dat u nauwkeurig werk kunt blijven
leveren, controleer regelmatig de kalibratie van
de laser.
• Controles van de kalibratie en andere
onderhoudswerkzaamheden kunnen door
STANLEY-servicecentra.
Oplossen van problemen
De laser kan niet worden
ingeschakeld
• Controleer de AA-batterijen zodat u zeker weet dat:
• Elke batterijgoed is geplaatst, volgens de (+) en
(–) die aan de binnenzijde van het batterijvak
wordt vermeld.
• De contacten van de batterijen schoon zijn en
vrij van roest of corrosie.
• De batterijen nieuw zijn en van een goed merk,
zodat de kans van lekkage van de batterijen
wordt beperkt.
• Controleer dat de AA-batterijen in goede werkende
staat zijn. Als u hierover twijfelt, probeer dan of het
apparaat beter werkt met nieuwe batterijen.
• Wanneer u oplaadbare batterijen gebruikt,
controleer dan dat deze geheel zijn opgeladen.
• Let er vooral op dat de laser droog blijft.