Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
6.46.3 "Te gebruiken sensor"
Met deze functie wordt de sensor gedefinieerd die moet worden gebruikt voor het regelen van het pompsysteem.
Selecteer Master pump sensor als de sensor ergens wordt geplaatst waar deze de uitvoer van alle pompen in het systeem kan meten,
bijvoorbeeld in het spruitstuk.
Selecteer Running pump sensor als de sensor op of bij individuele pompen wordt geplaatst. Als de sensor bijvoorbeeld achter
terugslagkleppen is geïnstalleerd en als deze de niet de uitvoer van alle pompen kan meten.
Deze instelling is alleen beschikbaar in de modus voor wisselend bedrijf en bij cascade-bedrijf.
6.46.4 Manieren om een systeem met meerdere pompen (of meerdere motoren) in te stellen
U kunt op de volgende manieren een systeem met meerdere motoren of meerdere pompen instellen:
•
Grundfos GO Remote en draadloze motorverbinding.
•
Grundfos GO Remote en bekabelde motorverbinding.
•
Geavanceerd bedieningspaneel en draadloze motorverbinding.
•
Geavanceerd bedieningspaneel en bekabelde motorverbinding.
6.46.4.1 Een systeem met meerdere pompen of meerdere motoren instellen met Grundfos Go Remote en een draadloze
motorverbinding
1. Voorzie beide motoren van stroom.
2. Breng contact tot stand tussen een van de motoren en Grundfos GO Remote.
3. Stel de benodigde analoge en digitale ingangen in via Grundfos GO Remote op basis van de verbonden apparatuur en de vereiste
functionaliteit. Zie
"Assistentie
4. Wijs een naam toe aan de motor via Grundfos GO Remote. Zie
5. Koppel Grundfos GO Remote los van de motor.
6. Maak contact met de andere motor.
7. Stel de benodigde analoge en digitale ingangen in via Grundfos GO Remote op basis van de verbonden apparatuur en de vereiste
functionaliteit. Zie
"Assistentie
8. Wijs een naam toe aan de motor via Grundfos GO Remote. Zie
9. Selecteer het menu Assist en druk op Multipomp instelling.
10. Selecteer de gewenste functie voor meerdere motoren. Zie
11. Druk op de toets Right om door te gaan.
12. Stel de tijd voor overschakeling tussen de twee motoren in.
Deze stap is alleen van toepassing als u Wisselbedrijf, tijd hebt geselecteerd en als de motoren zijn uitgerust met een FM 300.
13. Druk op de toets Right om door te gaan.
14. Selecteer Radio als de communicatiemethode die moet worden gebruikt tussen de twee motoren.
15. Druk op de toets Right om door te gaan.
16. Selecteer pomp 2 (motor 2).
17. Selecteer de pomp uit de lijst.
Gebruik OK of de toets Draadloze communicatie om de pomp te identificeren.
18. Druk op de toets Right om door te gaan.
19. Bevestig de instelling door op Verzenden te drukken.
20. Nadat u de instelling hebt voltooid en het dialoogvenster is verdwenen, wacht u tot het groene signaallampje in het midden van Grundfos
Eye gaat branden.
6.46.4.2 Een systeem met meerdere pompen of meerdere motoren instellen met Grundfos Go Remote en een bekabelde
motorverbinding
1. Verbind de twee motoren met elkaar via een 3-aderige afgeschermde kabel tussen de GENIbus klemmen A, Y, B.
2. Voorzie beide motoren van stroom.
3. Breng contact tot stand tussen een van de motoren en Grundfos GO Remote.
4. Stel de benodigde analoge en digitale ingangen in via Grundfos GO Remote op basis van de verbonden apparatuur en de vereiste
functionaliteit. Zie
"Assistentie
5. Wijs een naam toe aan de motor via Grundfos GO Remote. Zie
6. Wijs motornummer 1 toe aan de motor. Zie
7. Koppel Grundfos GO Remote los van de motor.
8. Maak contact met de andere motor.
pompinstellingen".
pompinstellingen".
Functie voor meerdere pompen of meerdere
pompinstellingen".
"Nummer"
("Pompnummer").
"Pompnaam"
("Motornaam").
"Pompnaam"
("Motornaam").
"Pompnaam"
("Motornaam").
motoren.
401
