• Gebruik de kachel enkel in goed geventileerde kamers. Zo worden de gevormde verbrandingsgassen verdreven door frisse lucht.
• Gebruik de kachel nooit op plaatsen waar schadelijke gassen aanwezig kunnen zijn (zoals uitlaatgassen of verfdampen).
• Wanneer de kachel zich te dicht bij ontvlambare stoffen bevindt is er een risico op brand.
• Wees om veiligheidsredenen voorzichtig wanneer kinderen of dieren in de buurt van de kachel zijn, zoals bij elk verwarmingstoestel,
en verzeker dat kinderen zich steeds bewust zijn van de aanwezigheid van een brandende kachel.
• Dek het toestel niet af om oververhitting te voorkomen.
• Gebruik deze kachel niet in de onmiddellijke nabijheid van een bad, douche of zwembad.
• Het haardscherm van deze kachel is bedoeld om directe toegang tot verwarmingselementen te voorkomen en moet op zijn plaats
zijn wanneer de kachel in gebruik is.
• Het schoonmaken en uitvoeren van ander onderhoud mag niet worden gedaan door kinderen zonder toezicht.
DE GASKACHEL MONTEREN
• Neem de kachel voorzichtig uit de doos en controleer de inhoud. Naast de kachel zouden volgende zaken aanwezig moeten zijn:
Gebruiksaanwijzing voor de gaskachel
• Verwijder alle andere verpakkingsmaterialen en controleer de kachel op beschadigingen. Gelieve gekwalifi ceerd onderhoudspersoneel te
contacteren bij twijfels over de kachel. Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kleine kinderen.
• Los de schroeven aan de achterzijde van de gaskachel. Verwijder de beschermkap aan de achterzijde van de kachel.
• Open de bodemplaat. Zie foto 2. De bodemplaat met 2 schroeven gefi xeerd, zie ook foto 3.
• Gelieve voor het aansluiten van het lagedruk regelventiel het volgende te controleren en te lezen: De gaskachel mag enkel gevoed worden
door Propaan-butaan in een fl es met een maximum gewicht van 15kg. Sluit het lagedruk regelventiel aan met een vaste instelling van 30 mbar
overeenkomstig met EN 12864:2002. De slang moet voldoen aan de nationale normen. Voor een correcte aansluiting moet de slang aangesloten
worden door middel van metalen banden van een geschikte grootte. Volg de instructies meegeleverd met het lagedruk regelventiel voor een correcte
aansluiting.
• Schuif de twee metalen ringen rond de slang. Verbind de slang met de aansluiting van het lagedruk regelventiel en de aansluiting van de
kachel. Sluit de metalen ringen stevig door middel van een schroef, maar verzeker dat je de bevestigingen van onderdelen niet beschadigd.
• Verzeker, voor het aansluiten van het lagedruk regelventiel aan de gasfl es, dat de gasfl es gesloten is en dat er geen open vlammen (zoals een
brandende oven) aanwezig zijn in de ruimte waar je aan het werk bent. Sluit het lagedruk regelventiel aan volgens de gebruiksaanwijzing
meegeleverd met het lagedruk regelventiel.
• Plaats de gasfl es in zijn compartiment. Kijk uit dat de slang niet verdraaid of gehinderd wordt en dat er geen warme onderdelen van de
kachel te kunnen geraakt worden.
• Haak de achterste afdekking van de gasfl es op het compartiment door de twee haken in de respectievelijke openingen van de behuizing te
klikken. Draai de twee schroeven terug aan in de achterzijde van de kachel.
1. Brander-regelaar
2. Hoofd-gasklep
3. Gasslang
4. Gasdrukregelaar
5. Beschermingsplaat
6. Gasfl es
Bijkomend
• Verzeker dat de gasfles gesloten is alvorens deze te vervangen (volg de gebruiksaanwijzing meegeleverd met het lagedruk regelventiel).
Laat de gaskachel eerst afkoelen en verzeker dat er geen open vlammen of andere warmtebronnen aanwezig zijn in de ruimte waar je aan
het werk bent.
• Vervang de gascontainer alleen in vlamvrije omgeving.
• Bijkomend wordt aanbevolen dat de dichtingen van de regelaar en de flexibele rubber slang worden gecontroleerd om zeker te zijn van hun
toestand. Als je twijfels hebt over de toestand van de slang of de dichtingen, vervang ze dan.
• Verzeker dat je de aansluiting of andere onderdelen niet beschadigd.
• Draai de gasfles nooit ondersteboven om de inhoud volledig te gebruiken. Dit kan leiden tot het vrijgeven van vloeistofresten in de container
die de kachel onherstelbare schade zullen toebrengen.
• Volg steeds de gebruiksaanwijzing meegeleverd met het lagedruk regelventiel bij het aan- en afkoppelen ervan.
• De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade of letsel wanneer er geen rekening wordt gehouden met de hierboven beschreven zaken.
• Verdraai de flexibele leiding of de slang nooit.
INSTALLATIE
• Gebruik de gaskachel enkel in goed geventileerde kamers. Een minimum kamergrootte van 76m³ is aanbevolen voor woonkamers en 50m³ voor
andere kamers, maar de kamergrootte mag nooit kleiner zijn dan 50m³. Voor ventilatie is een oppervlakte tussen 12,5cm² en 25cm² aanbevolen.
• De kamer waarin de gaskachel wordt gebruikt zou voldoende luchtcirculatie moeten hebben om een normale verbranding toe te laten.
Daarom is het aanbevolen dat de kamer minstens 100 cm² lucht van buiten binnentrekt om de lucht te verversen.
• Plaats de kachel steeds op een vlak en stabiel oppervlak. Installeer of gebruik de kachel nooit in een badkamer of slaapkamer, in de kelder,
op de bovenste etages van een gebouw of in vrijetijdsaccommodaties.
• Plaats de gaskachel nooit te dicht bij andere warmtebronnen (een afstand van ten minste 1 meter is nodig tussen de gaskachel en andere
verwarmingstoestellen) of ontvlambare of explosieve stoffen. Tijdens gebruik mag de gaskachel niet gericht zijn naar zaken die kunnen
beschadigd of verbrand worden.
• Plaats de kachel zodanig dat de warmte naar het midden van de kamer en naar een open ruimte straalt. Bijkomend moet de voorkant, het
stralingsgedeelte, zich op een afstand van ten minste 2,0 meter van ontvlambare materialen, zoals gordijnen en sofa's, bevinden.
• Gebruik de gaskachel nooit wanneer de gasfles zich buiten het compartiment bevindt.
• Vervang gasfles alleen in een vlamvrije omgeving.
man_GH438B ('20) V1.indd 51
man_GH438B ('20) V1.indd 51
A (2x)
1
foto
foto
A (2x)
2
foto
3
1
51
26-06-20 16:24
26-06-20 16:24