3.6 POMPCURVE
12
Opvoerhoogte (m)
10
8
6
4
2
0
0
2
4. INSTALLATIE
GEVAAR
Gevaarlijke elektrische spanning.
Elektrocutiegevaar!
Schakel de stroomtoevoer uit en schakel de pomp uit voor-
dat u aan de pomp gaat werken.
• Installatie uitsluitend door professionals.
• Draag de pomp nooit aan de kabel, om hem in of uit het water
te halen.
• Als de pomp wordt gebruikt in een put of uitgraving, moet de
vlotterschakelaar vrij kunnen bewegen.
• Installeer de pomp in de opvangbak (of tank) en zorg ervoor dat
hij stabiel staat.
4.1 INSTALLATIE VAN DE TERUGSLAGKLEP
De meegeleverde terugslagklep moet worden geïnstalleerd om te
voorkomen dat de vloeistof terugstroomt in de pijp of de buizen
nadat de pomp stopgezet is.
- voor de 90° elleboog voor een pomp alleen,
- na de 90° elleboog voor een pomp geïnstalleerd in een
tank.
• De klep bij het dekseltje vasthouden,
• Plaats de klep, met het dekseltje naar de pijp.
4.2 HYDRAULISCHE AANSLUITING
• Sluit het leidingwerk aan op de 1-1/4" persflens van de pomp.
• Raadpleeg bij gebruik van het systeem in een tank van een hef-
Sanifos
station (bijv.
) de installatie-instructies voor de tank.
4.3 ELEKTRISCHE AANSLUITING
GEVAAR
Elektrische aansluiting uitgevoerd door niet-gekwalificeerd
personeel.
Elektrische schokken kunnen dodelijk zijn!
De elektrische aansluiting moet door een gekwalificeerde
en erkende elektricien gedaan worden.
De elektrische installatie moet overeenkomen met de nor-
men die van kracht zijn in het land.
Maak geen elektrische aansluiting voordat de definitieve hydraulis-
che koppelingen uitgevoerd zijn.
5. INBEDRIJFSTELLING
MELDING
Bewegende delen.
Gevaar voor afknellen, snijden van vingers of andere li-
chaamsdelen.
De beveiliging tegen toevallig contact van bewegende
delen (bv. koppeling) mag tijdens het gebruik van de ma-
chine niet worden verwijderd.
Blijf uit de buurt van bewegende delen.
GEVAAR
Pomp beschadigd.
Elektrocutiegevaar!
Controleer de pomp voor de ingebruikname op uitwendige
beschadigingen.
• Voer een test uit.
• Controleer de pomp voor de ingebruikname op uitwendige bes-
chadigingen.
• Vermijd drooglopen zonder pompvloeistof.
MELDING
Plaats de pomp in een waterniveau van ten minste 120 mm
Sanisub (S) ZPK 30
voor
40
, om de pomp op gang te brengen.
6. GEBRUIK
De benodigde hoogten voor de drijver om de pomp aan- en uit te
zetten, kunnen gewijzigd worden:
- door de kabel van de drijver in het bevestigingsoogje te haken
Sanisub (S) ZPK A
(
),
Sanisub (S) ZPK 40 A/AV
Sanisub (S) ZPK 30 A
4
6
8
10
12
Sanisub (S) ZPK
, 200 mm voor
- door de klokken op de schacht voor
plaatsen.
De pomp zuigt tot 25 mm (
Sanisub (S) ZPK 40
(
De aanzuiging mag niet verstopt zijn met modder en/of vezelach-
tige vloeistoffen.
7. ONDERHOUD
GEVAAR
Gevaarlijke elektrische spanning.
Elektrocutiegevaar!
Koppel de voeding los voor elke ingreep !
MELDING
Debiet (m
3
/h)
Het onderhoud van de hijspomp moet worden uitgevoerd
door gekwalificeerd personeel.
Het onderhoud bestaat uit een controle en reiniging van de filter:
• De pomp omkeren,
• De schroeven eruit halen,
• De filter schoonmaken,
• De filter opnieuw installeren door het proces in omgekeerde vol-
gorde uit te voeren.
8. EVENTUELE REPARATIES
Afwijking
De motor draait
niet.
Sanifos
De motor draait
maar pompt niet.
Laag debiet.
De pomp stopt te
snel.
9. NORMEN
Sanisub (S) ZPK
nings-, EMC- en Machinerichtlijnen.
10. GARANTIE
Sanisub (S) ZPK
Op de
waarde dat het correct geïnstalleerd en gebruikt wordt, zoals
aangegeven in de gebruiksaanwijzing.
17
Sanisub (S) ZPK AV
Sanisub (S) ZPK 30
).
Mogelijke oorzaken
Ontbrekende/onjuiste
Stroomtoevoer contro-
netspanning.
leren.
Defecte aansluiting.
Aansluiting corrigeren.
Defect snoer.
Vervangen (Klantenser-
vice).
Geblokkeerd wiel.
Schoonmaken.
Stroomonderbreker motor
Controleren, Klantenser-
geactiveerd (oververhitting,
vice informeren.
blokkering, storing in de span-
ning of andere storing).
Geknelde vlotter.
Positie van de pomp
veranderen.
Defecte motor of vlotter.
Vervangen (Klantenser-
vice).
Wiel verstopt of versleten.
Schoonmaken/Vervan-
gen.
Afvoerleiding verstopt/leiding
Schoonmaken/vouwen
gevouwen.
eruit halen.
Zuigmondstuk verstopt.
Schoonmaken.
Spuitgat(en) verstopt.
Schoonmaken.
Pomp niet goed ontlucht
Ontluchten door de
(luchtbel in de behuizing).
pomp te kantelen.
Afvoerbuis te klein.
Minimale diameter
25 mm.
Water te vuil.
Uit het stopcontact
halen en schoonmaken.
Pomp geblokkeerd.
Uit het stopcontact
halen en schoonmaken.
Thermische bescherming
De watertemperatuur
geactiveerd.
controleren (zie 3.3
Technische gegevens).
pompen voldoen aan de Europese Laagspan-
wordt 2 jaar garantie gegeven op voor-
NL
te ver-
) of 45 mm
Oplossingen